Bestuurswerk voor de club
Minister Plasterk wil het studenten makkelijker maken om bestuurswerk te doen. Er komt meer geld en universiteiten en hogescholen krijgen meer vrijheid om beurzen uit te delen. Help je zo verenigingen om in tijden van studiedruk toch bestuurders te krijgen? Of krijg je zo alleen geldbeluste studenten op het pluche? Kortom:
Een bestuursfunctie doe je voor de club, niet voor het geld
Leonora de Boo, student geneeskunde
“Ik ben het eens met de stelling. Je kunt het nooit volhouden als je niet houdt van de gezelligheid, de feesten, de mensen en de vereniging. Ik heb gekozen voor het bestuur van de MFVR om me een jaar lang op iets anders te richten dan studie of sport, intensief bezig te zijn met commissies, te overleggen met zowel studenten als hoge pieten op de faculteit, conflicten oplossen enz. En natuurlijk ook voor de mooie feesten en vele activiteiten.
Ik heb de luxe dat mijn ouders mij hierin niet alleen moreel, maar ook financieel (een extra jaar collegegeld) steunen. Maar ook al had ik alles moeten betalen, dan nog zou ik het zo weer doen.
Met ons bestuur hebben we een financieel overzicht gemaakt over wat een bestuursjaar minstens zou ‘kosten’ (exclusief de commissieshirtjes, borrels en uitstapjes). Daar kwam uit dat het een redelijk bedrag in de min is. Ik denk dat het niet meer dan redelijk is, hiervoor een vergoeding te geven, zodat je er in ieder geval niet financieel op achteruit gaat wanneer je je een jaar lang inzet voor de vereniging. Het zou immers zonde zijn als je om financiële redenen geen bestuur kunt doen. Geld mag zeker niet de reden zijn om een jaar bestuur te doen, maar ook zeker niet om het niét te doen.”
Graciella Anijs, student rechten
“En dan zegt men dat vrouwen niet weten wat ze willen. Eerst moest en zou er een harde knip komen. Een regeling die samen met het blokkensysteem en verplichte colleges ervoor zorgt dat je naast je studie geen tijd meer hebt voor een bijbaan, bestuursfunctie of andere nevenactiviteiten.
Nu komt Plasterk erachter dat een bestuurlijke ervaring toch wel goed kan zijn voor een student. Ik ben blij dat Plasterk het licht gezien heeft. Ik heb zelf een halfjaar fulltime in een commissie gezeten en ik heb er dingen geleerd die ik tot nu toe niet in de boeken ben tegen gekomen. Ervaringen, die nu op de werkvloer heel goed van pas komen.
Het aantal beurzen dat Plasterk beschikbaar heeft gesteld en de wijze waarop deze verdeeld moeten worden daar is nog veel op aan te merken. Maar misschien komt Plasterk over een maand tot besef dat het toch anders moet. Ik wacht af!”
Arie Verheij, medewerker FHKW en student maatschappijgeschiedenis
“Bestuursfuncties kunnen inderdaad gigantische ervaringen met zich meebrengen. In mijn eigen beleving kan je studietijd – juist door allerlei taken naast je studie – een belangrijke fase zijn. Ik ben bestuursvoorzitter geweest van mijn faculteitsvereniging. Vanaf de eerste dag was ik daar in tientallen commissies actief. Ook in jongerenwerk heb ik nu al zes jaar een leidinggevende functie. Daarnaast heb ik twee jaar de studentengeleding van de faculteitsraad aangestuurd. Als geen ander ben ik bewust van de betekenis van zulke functies voor mijn ontplooien tot wie ik nu ben.
Ongeacht de motivatie van de bestuursleden, komen de meesten zichzelf namelijk gauw tegen: wat mag dit mij kosten? Wat wil ik bereiken en hoe kom ik daar? Als je rijk wilt worden, ben je bij de meeste verenigingen aan het verkeerde adres. Als je al die uren zou werken, werd je er financieel vermoedelijk beter op. Bij besturen horen namelijk uiteenlopende tijdrovende verplichtingen (van ceremonies tot vergaderingen) en verantwoordelijkheden (van controleren van boekhouding tot het begeleiden van samenwerking). Bestuursbeurzen zijn meestal slechts tegemoetkomingen, waar je je vaste lasten niet eens van betalen kunt. Toch is dit een betekenisvol gebaar van waardering, vanuit het ministerie en de universiteit.
Bovenal is een bestuursjaar een persoonlijke investering. Vooral als je dit serieus neemt, gaat er veel tijd, geld en energie in zitten. Je krijgt er echter wel degelijk veel positiefs voor terug, dankzij deze leerzame tijd. Sterker nog: de gemeenschap krijgt er iets voor terug, als deze ervaringen in het bedrijfsleven, in de wetenschap en in de politiek terug komen. Dat gun ik ons allemaal.”