De jaren van het grote optimisme over de arbeidsmarkt onder jonge hoogopgeleiden lijken enigszins voorbij, zo blijkt uit het jaarlijkse imago-onderzoek van carrièremagazine Intermediair. Slechts 23 procent van de jonge hoogopgeleiden verwacht dat de arbeidsmarkt zich (veel) gunstiger zal ontwikkelen, terwijl vorig jaar nog bijna de helft van de deelnemers deze verwachting had.

Jaarlijks werd steeds positiever over de arbeidsmarkt geoordeeld: in 2007 gaf 79 procent van de ondervraagden aan de arbeidsmarkt als (zeer) gunstig te ervaren. Dit jaar is aan die stijging een einde gekomen: 73 procent ziet de arbeidsmarkt als (zeer) gunstig. Vooral vrouwen zijn minder positief: 68 procent beoordeelt de huidige arbeidsmarkt als (zeer) gunstig. Hoewel het optimisme afneemt, zijn dat nog steeds hoge percentages.

De verwachtingen voor komend jaar zijn een stuk minder positief. Meer dan een vijfde geeft dit jaar aan de komende tijd een (veel) minder gunstige arbeidsmarkt te verwachten. Niet-Westerse allochtonen hebben relatief positieve verwachtingen: 30% denkt dat de arbeidsmarkt zich volgend jaar (veel) gunstiger zal ontwikkelen dan dit jaar.

De online enquête onder ruim 6400 respondenten, die in de zomermaanden is afgenomen, toonde ook optimisme: 77 procent van hen is (zeer) tevreden over zijn werkgever.  Een werkweek van 37 of meer contracturen per week wordt door 61 procent van de geënquêteerden gehaald. Onder mannen (73%) ligt dat percentage flink hoger dan onder vrouwen (49%).

In de jaarlijkse lijst van vijftig meest favoriete werkgevers staat Philips wederom op de eerste plaats, voor de zevende keer in dit decennium. Shell en Rabobank volgen op de tweede en derde plaats. Opvallend is dat banken het minder goed doen dan voorgaande jaren. Zo stond de Rabobank vorig jaar nog op de eerste plaats en zakte ING van de vierde naar de vijfde plaats. Voor ABN-AMRO en Fortis pakte het nog slechter uit: zij vallen dit jaar buiten de top tien. MM