Robbert Dijkgraaf, president van wetenschapsorganisatie KNAW, gaat in het buitenland op zoek naar duizend extra promovendi, zo meldde hij begin deze maand. Volgens Gertjan Tommel van het Promovendi Netwerk Nederland moet Dijkgraaf eerst kijken of er in Nederland überhaupt een tekort aan gepromoveerden is.
Het Innovatieplatform (dat bestaat uit vertegenwoordigers van universiteiten, bedrijven en politiek) kwam met een aantal ambitieuze plannen voor de Nederlandse wetenschap en innovatie. Eén van de nieuwe doelstellingen is het werven van duizend extra promovendi. Zij moeten uit het buitenland komen, want in Nederland blijken ze niet te vinden, aldus Dijkgraaf.
“Het staat vast dat Nederland nu te weinig mensen op PhD-niveau in huis heeft, zeker als je kijkt naar de landen waarmee we willen concurreren. Dan vergelijk ik Nederland niet eens met een koploper als Finland. Nederland zit gewoon onder het gemiddelde, vooral in de bèta- en techniekhoek”, aldus Dijkgraaf. Op termijn zijn duizend extra promovendi per jaar volgens hem haalbaar, maar voor 2009 wil hij mikken op 250.
Tommel van het Promovendi Netwerk Nederland is verbaasd over het plan om ‘toppers’ aan te trekken. “Hebben we die dan nog niet in huis? En zo nee: hoe zou dat dan komen? Moeten we niet eerst de randvoorwaarden op orde hebben? Het heeft bijvoorbeeld weinig zin om extra promovendi aan te trekken als je niet investeert in hun begeleiding. Of in hun vervolgcarrière, die in Nederland toch al onder de maat is.”
Volgens het Innovatieplatform gaat Tommel te snel. De werkgroep die de promovendi moet werven, vergadert eind deze maand en wil in februari een definitief plan publiceren. Maar de plannen zijn al goeddeels naar buiten zijn gebracht, zonder nut en noodzaak te onderzoeken. Tommel: “Wij hebben van tevoren een goed gesprek gehad. Ik heb de medewerkers van het platform toen gevraagd of ze eens met een stuk of tien buitenlandse promovendi wilden praten. Dat zou een schat aan informatie opleveren, maar ik heb nog geen reactie.” Dat komt goed, volgens het platform. “We gaan zeker met buitenlandse promovendi spreken om te horen wat we kunnen verbeteren. Natuurlijk luisteren we naar klachten.” HOP/MM
