Studenten organiseren een inzamelingsactie voor rampgebied Turkije

De Turkse economiestudent Ada Sakarya is samen met andere studenten een GoFundme begonnen om het land waar haar familie woont te helpen. Samen met vrienden en een hechte gemeenschap van Turkse studenten op de Erasmus Universiteit hebben ze inmiddels al meer dan 6.000 euro ingezameld voor het rampgebied in het zuidoosten van Turkije wat getroffen is door een aardbeving. Er zijn meer dan 15.000 mensen om het leven gekomen en dit getal blijft stijgen naar mate de hulptroepen uit heel Europa mensen onder het puin vandaan halen.

Bij de Turkse studenten kwam het nieuws van de aardbevingen hard aan: “Er waren studenten die familie hadden in de buurt van het epicentrum en die een tijdje geen contact konden krijgen met hun familieleden, dat was heel heftig”, vertelt Sakarya. Haar ouders en familie wonen gelukkig niet in een van de getroffen gebieden.

De donaties die binnen zijn gekomen via de GoFundme van Sakarya en haar vrienden worden gedoneerd aan twee Turkse organisaties: AFAD en AHBAP. De eerste is de Turkse autoriteit voor noodbeheer, en de tweede een netwerk van vrijwilligers die in het rampgebied mensen in nood helpen.

“We zijn gestopt met het vragen naar spullen. We weten nu namelijk dat het vragen naar donaties in de vorm van spullen ervoor zorgt dat er veel dingen gedoneerd worden die niet nodig zijn, dat allemaal uitzoeken kost veel te veel tijd”, vertelt Sakarya. De meest handige en snelle manier om te helpen is dus om geld te doneren aan de organisaties.

Sakarya is heel blij met alle hulp die vanuit Europa naar Turkije gestuurd wordt, maar is ontevreden over de manier waarop Turkije zelf met de situatie omgaat. “De hulptroepen uit Europa helpen enorm met het vinden van mensen die onder het puin liggen, maar het feit dat deze aardbeving voor zoveel slachtoffers heeft kunnen zorgen laat zien dat Turkije slecht met de risico’s is omgegaan.” Het risico op aardbevingen in Turkije is erg groot, maar de overheid heeft volgens Sakarya niet genoeg gedaan om het land hierop voor te bereiden: “De huizen waren totaal niet up to standard.”

“Ik hoop wel dat de hulp uit Europa aanhoudt. Ik zie nu voornamelijk dat er reddingsteams gezonden worden, maar we moeten hoe dan ook die huizen allemaal weer op gaan bouwen”, voegt Sakarya toe.

Rita Mousa (International Bachelor Economics and Business Economics) komt uit Syrië en voelt dat haar land vergeten wordt. “Door de oorlog in Syrië zijn er allemaal sancties aan het land opgelegd, hierdoor krijgen we heel weinig hulp uit Europa.” En dat terwijl ook in Syrië het dodenaantal blijft oplopen. “Ik ben heel erg trots op de studenten die een succesvolle fundraiser hebben opgezet voor Turkije, maar ik voel me gefrustreerd omdat Syrië het zelf moet uitzoeken.” Mousa kan de organisaties die geld verzamelen voor Syrië op een hand tellen.

Zelf heeft ze familie in het getroffen gebied in Syrië en krijgt, als de verbinding het toelaat, af en toe een bericht over de situatie daar. “De mensen in het gebied daar doen er alles aan om elkaar te helpen, maar er is gewoon echt veel meer hulp nodig. Door de oorlog heeft Syrië geen middelen meer om zichzelf te redden.” Het huis van haar ouders staat nog overeind, maar op de plekken waar de gebouwen het wel begeven hebben proberen mensen met hun blote handen de brokstukken weg te halen in een poging familieleden en buurtgenoten te redden.

Niet alleen in Europa, maar ook kleinschaliger op de universiteit voelt Mousa dat er weinig aandacht naar Syrië gaat. Daarom wil ze een platform opzetten voor Syrische studenten: “Ik ken zelf nog geen Syrische studenten in Nederland, daarom wil ik een platform oprichten zodat we elkaar kunnen vinden en steun kunnen hebben aan elkaar in deze moeilijke tijd.”