Volgens Martine Wierenga, hoofd van het International Office van de Erasmus Universiteit, zijn veel studenten dit jaar geïnteresseerd in een uitwisseling. “Nogal vergelijkbaar met normale jaren”, zegt Wierenga. “Vorig jaar was niet normaal, dus daar kunnen we het niet zo goed mee vergelijken. Als je het vergelijkt met 2019, hebben we een vergelijkbare hoeveelheid uitgaande en inkomende uitwisselingsstudenten. Bij bepaalde faculteiten zijn dat er zelfs meer, zoals bij de Erasmus School of Social and Behavioral Science.”

'Onzekere situatie'

“De situatie is op dit moment nog erg onzeker”, aldus Wierenga. “De studenten zijn nog in afwachting. Het reisadvies van het ministerie van Buitenlandse Zaken moet om te beginnen geel of groen zijn, en ze weten niet zeker of de partneruniversiteit waar ze heen willen het programma zal annuleren. Dus weten ze nog niet of ze bijvoorbeeld een visum moeten aanvragen, of hun huisvesting moeten boeken. Je moet op een bepaald moment met alle voorbereidingen beginnen, maar als je niet zeker bent van de situatie, zijn dit heel moeilijke beslissingen om te nemen.”

'Externe factoren'

De huidige situatie rond internationale uitwisselingen is bijna volledig afhankelijk van externe factoren. Het enige wat de international offices kunnen doen is ‘voortdurend de relevante websites in de gaten houden en de studenten zo goed mogelijk op de hoogte houden’ over informatie van overheidswebsites, het ministerie van Buitenlandse Zaken, en van partneruniversiteiten.

Ook bepaalde coronamaatregelen op nationaal niveau kunnen van invloed zijn. “In sommige gevallen ligt het niet aan de partneruniversiteiten. Bepaalde landen sluiten gewoon de grenzen”, legt Wierenga uit. Australië heeft bijvoorbeeld de grens gesloten voor alle reizigers, inclusief uitwisselingsstudenten. Hetzelfde geldt voor inkomende uitwisselingsstudenten die zich hebben aangemeld bij de Erasmus Universiteit. Sommigen van hen mogen ook nog niet naar het buitenland reizen.

Alternatieven

Uitwisselingsprogramma’s aan de Erasmus Universiteit worden gecoördineerd door de faculteiten, die ook verantwoordelijk zijn voor de communicatie met studenten. Alle studenten is aangeraden om vanaf het begin een plan B te hebben, en de beschikbare alternatieven verschillen van faculteit tot faculteit.

Het Erasmus University College (EUC) en de Erasmus School of History, Culture and Communication bieden studenten bijvoorbeeld een uitwisseling aan een alternatieve universiteit in Europa, omdat de grenzen in Europa in de huidige situatie eerder open zullen gaan. En als studenten besluiten hun uitwisseling helemaal af te zeggen, kunnen ze een minor doen aan de EUR of een andere universiteit in Nederland. EUC-studenten kunnen bijvoorbeeld kiezen voor een nationale uitwisseling tussen Nederlandse university colleges. Geen enkele Rotterdamse student koos voor deze optie, maar het programma profiteert wel van inkomende uitwisselingsstudenten uit Tilburg en Twente.

Om het inkomende uitwisselingsstudenten die misschien niet naar Nederland kunnen komen gemakkelijker te maken, bieden de meeste faculteiten hybride onderwijs aan, waarbij online colleges worden gecombineerd met offline activiteiten op de campus, waar nog coronamaatregelen gelden. Sommige faculteiten hebben besloten het uitwisselingsprogramma volledig online aan te bieden, omdat ze bijvoorbeeld geen collegezaal konden vinden die groot genoeg was. Zodra dit is toegestaan, zullen zij groepswerk, sociale evenementen en activiteiten op de campus aanbieden voor uitwisselingsstudenten.

Sommige studenten hebben ervoor gekozen om als ‘free movers’ naar een universiteit in het buitenland te gaan, bijvoorbeeld omdat hun gastuniversiteit het uitwisselingsprogramma heeft geannuleerd. Deze optie bestond al lang voor de coronacrisis, maar heeft nu aan populariteit gewonnen. ‘Free movers’ moeten wel collegegeld betalen aan die universiteiten, aangezien zij geen deel uitmaken van uitwisselingsovereenkomsten die worden gecoördineerd en ondersteund door de international offices van de EUR.

Eigen risico

“Studenten die besluiten om op uitwisseling naar het buitenland te gaan, moeten zich bewust zijn van het feit dat het op eigen risico is. Zelfs als het reisadvies bij vertrek groen of geel is, kan de situatie in een land heel snel veranderen en is het hun eigen verantwoordelijkheid om de eventuele kosten als gevolg van zo’n verandering op te vangen”, zegt Wierenga.

“Op de website van de EUR staat duidelijk vermeld”, vervolgt Wierenga, “dat de universiteit niet zal betalen voor repatriëring of studenten financieel zal ondersteunen als de situatie verandert en studenten weg willen of moeten uit het land. Daarom wordt alle studenten die naar het buitenland gaan gevraagd te bevestigen dat zij weten dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor deze kosten.”