Het enige waarover Ignacio Vaccaro zich zorgen maakt is het weer.  De wind kan zijn voornemen om ergens volgende week het Kanaal over te zwemmen dwarsbomen. Er mogen namelijk maar een handjevol zwemmers per week het water tussen Engeland en Frankrijk op, en als net in jouw periode de weersomstandigheden te slecht zijn, kan het zomaar zijn dat je een jaar moet wachten op je volgende kans. “En ik zit absoluut niet te wachten om die beslissing te moeten nemen, al was het maar omdat je als sporter enorm egoïstisch bent.”

Gelukkig voor hem ziet het er vooralsnog goed uit. “Ik ben goed voorbereid en voel me beter dan ooit tevoren”, meldt de 38-jarige Vaccaro, geboren en getogen in Argentinië. Vooral nadat ik van de zomer een proeftocht heb gedaan van Medemblik naar Stavoren – zeven uur zwemmen bij windkracht vijf – weet ik dat het goed zit. Ik haalde het en ik leefde nog.”

Platinakaarthouder

Ergens in 2016 was het genoeg.  Minstens dertig  weken per jaar van huis, werkweken van minstens vijftig maar soms wel tachtig uur. Als KLM-platinakaarthouder kende hij zo’n beetje alle vliegvelden als zijn broekzak, maar was hij bijna nooit thuis. En als je dan ook een zoontje hebt van één jaar oud, dat je dus bijna nooit ziet, maakt dat de beslissing een stuk eenvoudiger: Ignacio Vaccaro zegt zijn baan bij BTS Consultancy – die hij vanaf zijn promotie bij het ERIM in 2010 had – op.

Hij gaat dicht bij huis, in Amsterdam werken bij een van zijn cliënten – Liberty Global en begint voorzichtigjes aan het zwemmen in open water. Helaas blijkt deze job minstens zoveel tijd in beslag te nemen, dus zegt Vaccaro ook deze baas weldra gedag en kan het echte zwemfestijn beginnen. “Ik had het gevoel dat ik alleen nog maar op kantoor leefde; mijn kop knalde af en toe uit elkaar. Ik besefte dat er echt iets moest veranderen. Gelukkig vond mijn vrouw dat ook, want die zag wel hoe ellendig ik me op mijn werk voelde.”

Buitenwater

Vaccaro blikt terug: “Toen ik nog aan mijn promotie wekte, had ik niet in de gaten dat mijn kwaliteit van leven eigenlijk best goed was. Ik had tijd om te zwemmen, hard te lopen, tijd om plezier te maken. Toen ik eenmaal de wereld van de consultancy binnenkwam, bestond mijn leven ineens alleen nog maar uit werk, werk en werk. Ik had vier weken vakantie per jaar, maar kreeg de dagen  niet eens op. In die tijd sprak ik steeds vaker met een collega over langeafstandszwemmen. Hij had al eens het Kanaal overgezwommen en we besloten samen een paar keer per week, vroeg in de ochtend in buitenwater te gaan zwemmen. Ik heb me toen meteen ook maar opgegeven om het Kanaal over te zwemmen. Niet omdat ik al concrete plannen had, maar de wachtlijst is minstens twee jaar en je weet maar nooit.”

Iconische zwemtocht

Vaccaro kwam in 2001 van Buenos Aires naar Rotterdam om IBA te studeren.  De studie eenmaal afgerond, bleef hij op Woudestein om te promoveren op Innovatiemanagement.  Daarna vertrok hij dus naar Amsterdam. Als tiener was Vaccaro al een begenadigd zwemmer, al was hij in het zwembad net niet snel genoeg om in de absolute top mee te kunnen draaien. Sindsdien heeft hij zijn hart verpand aan het zwemmen in buitenwater. “Wat mij zo aantrekt in langeafstandzwemmen is dat je na een paar uur zwemmen in een soort flow terechtkomt, waarin je amper meer nadenkt en alleen nog maar beweegt door water, golven, wind en soms ook regen. Het is moeilijk uit te leggen maar het heeft ook te maken met een soort pijn die je leert te omarmen. Het mag duidelijk zijn dat je hiervoor niet per se naar Frankrijk hoeft te zwemmen. Dat doe ik vooral omdat dat toch een iconische zwemtocht is, die ik gewoon een keer in mijn leven wil zwemmen.”

Aanvankelijk verliep niet alles op rolletjes, nadat hij zich voor de Kanaaltocht had opgegeven. Met name een schouderblessure – te danken aan een iets te enthousiast zelfbedacht trainingsschema –  hield hem maandenlang aan de kant. “Tja, je merkt op zo’n moment dat je 36 bent en geen 17 meer.”

Maar sinds vorig voorjaar zit de schwung erin. In september deed hij mee aan een race van 17 kilometer in Lake Windemere, in het Lake District, en kwam daar als eerste uit het water. “De watertemperatuur was zo’n 16 graden, en met name het tweede deel was koud en winderig. Ondanks dat ik won, wist ik dat ik om het Kanaal over te zwemmen wel enige professionele coaching zou kunnen gebruiken, omdat ik het anders niet zou gaan redden.”

In water van 3,2 graden zonder wetsuit

Die kwam er in de vorm van Marcel van der Togt, vooral bekend als trainer van Maarten van der Weijden. “Hij geeft me wekelijks mijn trainingsschema’s. Met mijn techniekzat het wel goed, maar ik moest een betere conditie krijgen, meer gewicht, en beter met kou om leren omgaan.” Het gewichtsprobleem was tamelijk eenvoudig op te lossen: meer eten en wekelijks een paar keer naar de sportschool. Om de kou de baas te worden, adviseerde Van der Togt Vaccaro om het zogeheten ice swimming op te pakken, zwemmen in water van maximaal 5 graden Celsius.  “Sinds september vorig jaar zwem ik zodoende elke zaterdag in een onverwarmd bad, dat vanzelfsprekend elke week wat kouder werd. Uiteindelijk resulteerde dat in mijn deelname aan de Open Nederlandse Kampioenschappen in januari. Eén kilometer in water van 3,2 graden zonder wetsuit.” Hij werd derde.

“In zulk koud water verlies je al heel snel het gevoel in je vingers en tenen, en na verloop van tijd ook in je handen, armen en wangen. Als je vervolgens het water uitkomt, is de pijn niet te beschrijven.  Dat is misschien lichtelijk masochistisch, maar absoluut noodzakelijk als je het Kanaal over wilt zwemmen. Daar kan het water namelijk ook best koud zijn, en je komt alleen in de boeken als je zonder wetsuit zwemt. Alleen badmuts, zwembrilletje en zwembroek.”

Betere balans

En nu nadert het uur U met rasse schreden en zit de hele exercitie er bijna op. “Ik heb enorm genoten van het zwemmen en mijn sabbatical. Maar straks zal ik toch weer aan de bak moeten. Mijn zoontje is nu bijna 3 jaar en denkt dat alleen alle moeders werken, omdat alle vaders altijd zwemmen. Ik moet dus nodig weer eens het huis uit.”

Hoe en waar hij aan de slag zal gaan, is vooralsnog ongewis, maar dat hij wel weer in het bedrijfsleven zal belanden staat zo goed als buiten kijf. “Ik ga proberen een baan te vinden met een iets betere balans tussen werk en vrije tijd, maar dat weet je van tevoren natuurlijk nooit zeker. Al zal het nooit meer zeven dagen werken tot drie uur in de ochtend worden, al was het maar omdat ik wel wil blijven zwemmen. Nee, niet meer zo fanatiek als nu, maar ik moet wel een doel in het vooruitzicht hebben. Dus misschien een rondje IJsselmeer of van Spanje naar Afrika. We zien wel, eerst nu het Kanaal.”

ignatio-0082
Beeld door: Ronald van den Heerik