Jon de Ruijter is er de man niet naar om zichzelf uitbundig op de borst te kloppen. Desalniettemin mag hij trots zijn wat hij met zijn team tot stand heeft gebracht, sinds zijn aanstelling als directeur Erasmus Sport in september 2012. Om maar een paar cijfers te noemen (zie ook grafiek 1): hadden in 2012 3.900 studenten een sportpas, nu zijn dat er 11.600. In diezelfde periode steeg het aantal passen bij medewerkers van 200 naar 565.
De stijgende populariteit van sporten op de campus kan ook worden afgemeten aan de hand van bezoekersaantallen die de poortjes passeren (zie grafiek 2). Niet vreemd dus dat Erasmus Sport de derde plaats bezet in de lijst van studentensteden – na Groningen en Nijmegen – als het gaat om het percentage sportpasbezit onder studenten.
Uitermate adequaat
“Ja, we draaien als een tierelier”, beaamt De Ruijter. “We hadden vanaf het begin altijd wel het idee dat die potente erin zat, maar ook wij waren aanvankelijk verrast door hoe goed het nu gaat.” Zo stelde hij zich bij zijn aanstelling als doel om in 2016 7.500 sportpassen bij studenten af te zetten; dat waren er uiteindelijk dik tienduizend. Kernpunten hierbij waren: klantgericht denken, actief de sport op de campus promoten, en de sportpas zelf als hoofdproduct maken en niet sporten zelf. “De pas was altijd een middel, niet het doel. Er was veel te veel keuze. Nu is er één all-in-one pas voor een goede prijs; studenten hoeven maar een keer te beslissen wat ze doen. Dat kan in september of in januari.”
Die strategie verklaart echter maar een deel van het succes. De enorme toename van buitenlandse studenten op de campus deed de rest. “Daar is door Erasmus Sport wel uitermate adequaat is ingesprongen. Zo ligt het sportpasbezit onder internationals nog een stuk hoger dan bij Nederlandse studenten”, weet De Ruijter. “Maar wat eigenlijk nog veel leuker is, is dat steeds meer buitenlandse studenten lid zijn geworden van sportverenigingen. Nu ligt dat percentage rond de 18 procent en zitten er ook steeds vaker internationals in de besturen.”
Vitaal op de werkvloer
Keerzijde van het succes? De nodige capaciteitsproblemen. Maar dat is eigenlijk een luxeprobleem, vindt De Ruijter, want wie had dat nou durven dromen? De komende jaren wil De Ruijter daarom vooral de kwaliteit van de sportfaciliteiten de kwaliteit waarborgen. Geplande nieuwbouw, onder meer met een derde grote sporthal, zal daar vanaf 2020 bij moeten helpen. “We streven tegelijkertijd ook nog wel naar groei, maar alleen dan als de kwaliteit behouden blijft.”
Een belangrijke manier om sporten op de campus onder de mensen te brengen – letterlijk! – is het twee jaar geleden gestarte project Vitaal@Work. “Aanleiding was dat we merkten dat medewerkers een drempel ervoeren om hier te komen. We zagen dat daardoor de kaartverkoop stagneerde”, aldus De Ruijter. “Wij hebben toen een concept dat al langer in Duitsland bestond onder de naam Pauze-Express – onder leiding bewegen op de werkplek – hier vertaald naar Vitaal op de Werkvloer. Waarbij de no sweat-garantie erg belangrijk is geweest omdat die het enorm laagdrempelig maakte.” Inmiddels voorzien vijf medewerkers van Erasmus Sport wekelijks zo’n vijftig EUR-afdelingen van een kwartiertje bewegingsoefeningen op de werkplek, en is er nu ook de mogelijkheid tot bewegen waarbij sweat guaranteed is.
Can do-mentaliteit
Zorgverzekeraar Zilveren Kruis mede-financiert Vitaal@Work (samen met EUROPA) en is volgens De Ruijter bijzonder in zijn nopjes met het initiatief van Erasmus Sport. Het bedrijf stuurt dan ook geregeld instellingen en andere bedrijven aan wie het collectieve zorgverzekeringen aanbiedt bij Erasmus Sport langs, zodat ze met eigen ogen kunnen zien hoe het werkt. “We hebben inmiddels al bezoek gehad van onder anderen de RET, DSM, ABN-Amro, Blokker, de TU Eindhoven en de NS”, somt de Ruijter op. “Het is dan ook een voor Nederland uniek concept.” Om meteen alle eer aan zijn personeel te doen toekomen: “Alles valt en staat bij de mensen die het uitvoeren. Die maken het verschil. Er heerst bij ons een echte can do-mentaliteit. Kijk, wij zijn 71 jaar geleden in het leven geroepen om studenten en medewerkers te laten sporten. En dat doen we.”
EM zoekt een motto en jij mag ’t bedenken!
Ieder zichzelf respecterende organisatie vindt zichzelf elke paar jaar weer opnieuw uit.…