Hollands herfstweer of niet, op het buitenterrein van tennisvereniging Victoria speelden donderdag in het kader van de Dies Sport Week zo’n 30 studenten padel: een racketsport met kenmerken van tennis en squash. Razend populair in Latijns-Amerika en Spanje maar nog vrij nieuw en onbekend in Nederland. Het toernooi kende uiteindelijk twee vrouwelijke winnaars én twee vrouwelijke verliezers.
Voor herhaling vatbaar
“Ik had het pas een keer eerder gedaan”, zegt stewardess in opleiding en verliezer Eliana Mol (20). Samen met haar partner Mylène Romeijn (21, PABO) verloor ze al haar wedstrijdjes. “We hadden nog nooit samengespeeld, dus we zijn totaal niet op elkaar ingespeeld”, voert Romeijn als excuus aan. “Maar het is een leuke sport, zeker voor herhaling vatbaar”, besluit Mol. Als troostprijs krijgen de twee een gratis les aangeboden.
De deelnemers aan het toernooi spelen op banen omringd door glazen muren en voorzien van lijnen vergelijkbaar met een squash- of tennisbaan. In teams van twee dagen ze elkaar uit voor potjes tot de tien punten. Het verschil in ervaring met de sport – die in Nederland pas sinds een jaar in competitieverband wordt beoefend – is snel zichtbaar.
Snelheid
De winnaars van de avond, voormalig EUR-studente Economie Susanne Docter (25) en geneeskundestudente Lizette Blankers (22), stonden duidelijk niet voor het eerst op een padelbaan. “We hebben afgelopen zomer redelijk veel gespeeld. Ik heb de sport leren kennen toen ik in Spanje woonde. Iedereen speelt het daar”, vertelt Docter. Ze prijst vooral de snelheid van het spel.
“Je bent weinig tijd kwijt met andere dingen zoals ballen rapen, wat bij tennis wél het geval is”, vervolgt ze. Toch geven de winnaars de voorkeur aan tennis. “Je hebt bij padel continue het idee dat je een spelletje aan het doen bent in plaats van een sport. Het is leuk om te doen naast je eigen sport”, vindt Blankers.
Padelinstructeur Arwin Romeijn is een andere mening toebedeeld. “De sport is heel dynamisch én heeft veel spelelementen. Daarnaast is het makkelijk op te pakken, dus speelbaar op ieder niveau”, luidt Romeijn zijn overtuigende promopraatje. Initiatiefnemer en cluboprichter Pim van Zuilekom vult aan. “Wat is er in een sport leuker dan het hebben van veel balcontacten en het gevoel dat je het meteen kan? Ook al speel je tegen een tegenstander met een ander niveau, dat maakt weinig uit. Er ontstaan altijd rally’s.”
Regen
“Na een kwartier spelen druipen de zweetdruppels van je hoofd. Behalve vandaag dan”, zegt Romeijn, doelend op de regen die het toernooi enigszins in het water doet vallen. “Het spelen met natte ballen is verre van ideaal, omdat ze dan minder goed stuiteren.” Toch hebben de deelnemers zichtbaar plezier in het spelletje.
EUR-studenten met een Erasmus Sportpas kunnen gratis gebruik maken van de banen, ook in de winter. “De banen zijn van kunstgras, dus ze zijn het hele jaar door bespeelbaar”, vertelt Van Zuilekom. Ook is er iedere maandag en donderdag een inlooptraining voor beginners.
