Feyenoordfan, thrillerauteur, en cultheld Rob Vente publiceerde alweer zijn negende thriller in vier en een half jaar: ‘Moord op Erasmus’. In hoog tempo spuwt hij de boeken uit. Hoofdingrediënten: een moord, Feyenoord en rechercheur Fred Groen.
“Een interviewtje? Altijd leuk!” reageert Vente enthousiast op het verzoek. “Pas wel op hoor, ik lul je de oren van je hoofd,” grapt hij. Samen met zijn tweede vrouw Jane woont hij in Papendrecht in een strak huis. Zelfs de kapstok is weggewerkt in een fraaie witte kast aan de muur. Van zijn Feyenoordfanatisme is ogenschijnlijk geen spoor te bekennen, maar de voetbalanekdotes van de gepensioneerde voetbalverslaggever én zoon van een profvoetballer liegen er niet om.
Moord op Erasmus’, gaat Desiderius dood in uw boek? Of voltrekt zich een moord op de campus?
Vente begint te lachen: “Nee, de moord is niet op de Erasmus Universiteit gepleegd, maar op de Erasmussingel. De hoofdcommissaris sprak daarom altijd over de ‘Moord op Erasmus.’ Het gaat over de moord op een op het eerste gezicht saaie bank employee. Een jaknikker, maar gedurende het boek blijkt: ‘stille waters hebben diepe gronden.’”
“De cover is wel op de universiteit tot stand gekomen. Dat vond de uitgever artistiek het mooiste.” De foto is gemaakt door Jane, die ooit fotografe was voor de Feyenoordkrant. Ze leest alles wat Vente schrijft en hij kan haar altijd om hulp vragen als hij iets niet weet.
Op veel coverfoto’s staat een ‘covergirl’ met een Feyenoord-gerelateerd kledingstuk. “Het hoeft geen spandoek te zijn hoor, maar de ene keer is het een T-shirt en deze keer een legging met Feyenoordopdruk, dat spreekt mijn lezers aan hé.”
Wat hebt u met Feyenoord?
“Ik ben opgegroeid met Feyenoord zou ik haast zeggen.” Met gepaste trots, duidelijk in zijn geheugen geprent, vertelt hij over zijn vader: Leen Vente. “Op 27 maart 1937 maakte mijn vader de allereerste goal in De Kuip. Twee weken later ook de eerste goal met het Nederlands elftal in het Feyenoordstadion, in datzelfde doel. Feyenoord is mij met de paplepel ingegoten.”
Als ‘jochie’ op de hbs kon hij één ding echt goed: schrijven. Al tijdens zijn diensttijd solliciteerde hij bij het Rotterdams Nieuwsblad, waar hij vervolgens zo’n veertig jaar voor schreef. “Ik was, wat je noemt, eerste man voetbal. Ik volgde Feyenoord over de hele wereld: Europa Cup, Wereldbeker, Argentinië, alle kampioenschappen,” zegt hij met Rotterdamse tongval.
“Dat was in de tijd dat kranten nog geld hadden,” mijmert Vente. “Dan kwam ik weer terug van een reisje en vroeg ik: goh, waar speelt die Rob Rensenbrink nu eigenlijk? En dan zei de chef: ‘Oh dat is eigenlijk wel een leuk verhaal!’ Ik wist natuurlijk al lang dat hij toen in Toulouse speelde: en toen mocht ik daar naartoe. Ik vond dat wereldje zo leuk. ”

Komt u nog veel op de club?
Vente schudt mismoedig zijn hoofd: “Tja, ik kom er niet meer zo veel tijdens wedstrijden. Ik deed altijd veel achter de schermen voor Feyenoord, allemaal gratis, nooit een cent voor gevraagd. Ik kreeg daar natuurlijk veel inside information voor de krant. Als bedankje daarvoor kreeg ik een clubkaart voor het leven inclusief een mooie parkeerkaart. Maar ja, dan veranderen de tijden en zitten er hele andere mensen dan vroeger. Die zeiden: nee hoor, het gaat niet meer door.”
Maar hij hoeft ook niet meer iedere week op de club te zijn. “Ik volg het wel op televisie en op de Facebook ben ik er druk mee. Zo facebookte ik gisteren: in mijn boek, ‘Moord op Erasmus’ ben ik nog een bescheiden gozertje, daar laat ik Feyenoord maar met 2-0 winnen van Sparta. Toen had ik in mum van tijd tweehonderd likes. Dat vinden die Feyenoordsupporters prachtig joh.”
U wordt wel eens vergeleken met Baantjer, is dat als Rotterdammer een belediging?
“Nee, een belediging is het niet,” grinnikt Vente, “die man heeft een hele hoop boeken geschreven hoor, en goede boeken. Maar we hebben wel grote verschillen. Ik ben vreselijk Rotterdams en Baantjer was vreselijk Amsterdams; met dat tering-Ajaxvlaggetje op zijn auto.”
En, lopen de verkopen van uw boeken net zo hard als bij Baantjer?
“Dat weet ik niet eens joh. Ik ben niet zo materialistisch, daar houdt de uitgever zich mee bezig.” Op Facebook krijgt hij wel lovende reacties. “Uit het hele land, of het nou Brabant, Limburg of Amerika is, zijn ze blij. Maar dan moet ik er wel bij zeggen dat het wel vaak mensen van Rotterdamse origine zijn. Mijn boeken zijn erg Rotterdams. Ik noem straten en schrijf over de stad. Mensen vinden het leuk om hun eigen stad weer terug te zien. Een stukje nostalgie he.”
En lezers uit Amsterdam? Eén keer had Vente een reactie van iemand uit ‘020’, op een ander boek uit de serie over rechercheur Fred Groen: Feyemoord. Die was minder lovend dan de andere kritieken die hij kreeg op zijn boeken. “De beste man zei: nou, het wordt eens tijd dat die club vermoord wordt.”
Meest trots is hij wel op wat hij van sommige Feyenoordsupporters hoort. “Bij die Feyenoordsupporters heb ik jongens aan het lezen gekregen die nog nooit een boek van binnen hadden gezien. Op Facebook zeiden ze dan tegen me: ‘joh, ik lees niet.’ Dan zei ik van: ‘joh, probeer het nou eens een keertje joh.’ En toen zijn ze meer boeken van mij gaan lezen.”
Winnen
Benieuwd naar het nieuwste boek van Rob Vente? Bedenk een woordspeling die beter is dan ‘Feyemoord’ en plaats deze als reactie op dit artikel. Wie weet krijgt u het door Vente gesigneerde exemplaar.