De komende jaren gaat er minder rijksgeld naar wetenschappelijk onderzoek. In 2013 en 2014 werd er ongeveer 6 miljard euro geïnvesteerd in onderzoek en innovatie, in 2019 daalt dat daar 5,5 miljard. Dat heeft het Rathenau Instituut becijferd. De daling is opvallend, want de overheid zegt juist extra te willen investeren.
De daling ligt dan ook niet aan het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: universiteiten krijgen iets meer geld, net als onderzoeksfinancier NWO. Het ministerie geeft in 2019 naar verwachting 3,4 miljard euro uit aan Research & Development, in 2013 was dat 3,3 miljard.
Beknibbeld op subsidies
Het zijn de twee andere grote geldschieters die minder uitgeven: het ministerie van Volksgezondheid en het ministerie van Economische Zaken. Ze beknibbelen bijvoorbeeld op subsidies voor innovatie en belastingvoordelen voor bedrijven.
Direct, gericht en indirect geld
Het Rathenau Instituut onderscheidt drie manieren waarop ministeries geld besteden aan innovatie en onderzoek. Het grootste deel gaat als directe financiering naar universiteiten, hogescholen, bedrijven en organisaties als NWO en KNAW. In 2015 zijn deze ‘directe uitgaven’ samen bijna 4,8 miljard euro.
Als tweede zijn er de gerichte uitgaven voor innovatie, bijvoorbeeld subsidies voor duurzame veehouderij. Dat bedrag wordt voor 2015 geschat op ongeveer 137 miljoen euro. De derde categorie zijn de indirecte bestedingen in de vorm van belastingvoordelen voor bedrijven die aan onderzoek doen. Daarvoor wordt dit jaar iets meer dan 1 miljard euro uitgetrokken. HOP