Het Institute of Social Studies (ISS) en het Institute for Housing and Urban Development (IHS), de twee internationale onderwijs- en onderzoeksscholen van de Erasmus Universiteit, moeten flink bezuinigen.
Wie?
Het Institute of Social Studies (opgericht in 1952 en gevestigd in Den Haag) staat wereldwijd bekend om het onderwijs en onderzoek op het gebied van development studies. Het Institute for Housing and Urban Development Studies (opgericht in 1958 en gevestigd op de veertiende verdieping van het T-gebouw) richt zich op stedelijke ontwikkeling. Beide instellingen hebben tientallen nationaliteiten in huis, zowel onder studenten als onder medewerkers.
Hoeveel wordt er bezuinigd?
Het betreft een korting van 10 procent op de basisfinanciering die van het Ministerie van OCW komt. Voor het ISS betekent dat 1 miljoen euro inleveren, voor het IHS 280 duizend euro.
Maar dit kabinet zet het mes ook in ontwikkelingssamenwerking, waardoor een aantal beurzen wegvalt. De grootste, het Netherlands Fellowship Programme (NFP), waarmee het Ministerie van Buitenlandse Zaken studenten uit ontwikkelingslanden de kans geeft om in Nederland te studeren, wordt sinds vorig jaar langzaam afgebouwd.
Het ISS heeft dit collegejaar een kwart minder NFP-studenten dan vorig jaar (58 in plaats van 77). Het IHS verloor 30 procent van de 31 NFP-studenten en ook nog eens tien studenten die van andere beursprogramma’s gebruik maakten (à ruim twaalfduizend euro per jaar).
Wat betekent dit?
Kees van Rooijen, directeur van het IHS, verwacht de bezuiniging aan te kunnen zonder drastische maatregelen te hoeven nemen. Maar bij het ISS is een reorganisatie onvermijdelijk, stelt rector Leo de Haan. Er zal meer gebruik gemaakt gaan worden van ondersteunende afdelingen (SSC’s) en hij sluit ‘enige afvloeiing van het personeel’ niet uit.
Is de toekomst van de instituten in gevaar?
Daar lijkt geen sprake van te zijn. De bestuurders hebben het optimistisch over uitdagingen en kansen. Wel is het noodzaak dat er meer nadruk komt te liggen op de thema’s die Buitenlandse Zaken belangrijk acht, waaronder voedselzekerheid en water governance.
De instituten moeten zoeken naar nieuwe financiering: van contractonderzoek tot Europese subsidies. Een ontwikkeling die te voorzien was, zegt Kees van Rooijen. “Al is het jammer dat we niet weten hoe het er na 2012 uit gaat zien. Daardoor is het lastig om plannen te maken op de lange termijn.” GM