Taboe – (Te) dure medicijnen?

De tweede lezing in de lunchlezingenserie Taboes staat in het teken van de prijs van medicijnen. 

Ziekenhuizen en apothekers die extreem dure medicijnen zelf gaan bereiden, hepatitis C-tabletten van € 1000 per stuk – productiekosten € 1,50 – , of ‘weesgeneesmiddelen’ voor zeer zeldzame ziekten, die niet meer beschikbaar zijn omdat het financieel niet meer loont – met levensbedreigende situaties tot gevolg.

Met regelmaat barst maatschappelijke en politieke verontwaardiging los over dure medicijnen. Maar wanneer is een medicijn duur – of te duur? Hoe wordt de prijs voor een medicijn bepaald en door wie? Is het puur winstbejag of ligt het genuanceerder?

De ontwikkelkosten van de farmaceutische industrie zijn vaak gigantisch; het duurt gemiddeld 7-11 jaar (!) voordat een geneesmiddel beschikbaar komt voor patiënten. Door uitgebreide studies, grote onderzoeken en met dito investeringen, zonder dat zeker is dat deze ooit worden terugverdiend. En juist het onderzoek zorgt voor nieuwe en betere medicijnen. Biedt aanpassing van het patentrecht een alternatief, of ligt de sleutel in een andere manier van medicijnontwikkeling?

Twee mogelijke visies met aansluitend discussie o.l.v. Geert Maarse.

Met: prof. dr. Hans Büller (kinderarts, oud-bestuursvoorzitter van het EMC en oprichter van Fair Medicine) en prof. dr. Sander van Deventer (Forbion Capital Partners, CSO & General Manager van uniQure en hoogleraar Translationele Gastroenterologie LUMC).

Meer achtergrondinformatie is o.a. te vinden in het gratis te downloaden cahier ‘Geldzorgen in de zorg’ van Biowetenschappen en Maatschappij.