De nieuwe medewerkerspas heeft hij niet meer aangevraagd. Te veel gedoe voor die paar dagen nog. Plus de beveiliger beneden in het Erasmusgebouw kent hem, is zelfs een beetje fan van hem. “Ik maakte geregeld een praatje. Voor de vakantie wilde hij zelfs met me op de foto, omdat hij dacht me misschien niet meer te zien voor mijn vertrek.”
Hoewel de vier jaar op zijn hele academische en bestuurlijke loopbaan best een korte tijd is, is de EUR ‘aan zijn hart gebakken’, vertelt Brinksma op een van zijn laatste dagen als collegevoorzitter. Toch was het tijd om te gaan. Niet alleen de pensioengerechtigde leeftijd diende zich aan, ook het thuisfront riep. Hij heeft een gehandicapte zoon aan wie hij meer aandacht wil besteden, een moeder van 90 en zijn vrouw die al eerder pensioneerde heeft ook recht op meer tijd. “De baan als voorzitter van een College van Bestuur is niet geknipt voor mantelzorg. Principieel gezien vind ik dat het moet kunnen, maar de wereld is te druk geworden.”
En druk was het zeker. Brinksma stortte zich in zijn bestuursperiode vooral op het smeden van nieuwe samenwerkingsverbanden om de EUR steviger te positioneren in Nederland én in Europa, dat betekende veel reizen en dus veel van huis.
Bescheiden sociale wetenschappers
Trots is hij op de plek die hij de Erasmus Universiteit heeft gegeven in de samenwerking met de TU Delft en het Erasmus MC, in de zogeheten convergentie tussen de drie instellingen. Bij zijn aantreden leken vooral het academisch ziekenhuis en de Delftse techneuten elkaar te vinden in de hechtere samenwerking, de Erasmus Universiteit stelde zich bescheiden op.
Brinksma was verbaasd over die houding: “De EUR heeft een zelfbewust imago voor de buitenwereld; niet lullen maar poetsen. Maar het grappige was dat ik veel verwarring aantrof bij de mensen uit de sociale wetenschappen die toch een soort calimeropositie innamen. Ik was verrast dat men zich in een soort bijwagen-rol zag in die samenwerking: ‘Ja, ja, die medici en ingenieurs zullen wel de dienst uitmaken en voor ons zal geen ruimte zijn…’ Ik heb echt moeten preken van ‘jongens jullie zijn hartstikke goed en zonder sociale wetenschappen kunnen we niet, dus pak die rol’.”
Sociale wetenschappen zijn zelfs noodzakelijk, vindt hij, als het gaat om onderzoek met maatschappelijke impact realiseren. “Kijk maar naar corona: de technologische kant was succesvol met de vaccins, maar aan de gedragskant faalde het beleid. Daarom ben ik als bèta naar deze universiteit gekomen: ik ben ervan overtuigd geraakt dat de sociale wetenschappen voor echte innovatie onontbeerlijk zijn.”
Ed on Tour
Een ander hoogtepunt voor de scheidend collegevoorzitter, iets wat zich voor veel medewerkers en studenten wellicht aan het zicht heeft onttrokken, is het versterken van het samenwerkingsverband UNIC. Daarin trekt de EUR op met tien universiteiten uit postindustriële steden in Europa. Het idee is dat ze gezamenlijk sterker staan bij bijvoorbeeld aanvragen voor onderzoeksgeld en best practices uitwisselen.
Toen er na corona weer gereisd mocht worden, ging Brinksma – onder de titel ‘Ed on Tour’ – langs alle partneruniversiteiten om de banden aan te halen en de samenwerking naar een hoger plan te tillen. “Het idee van UNIC kwam voort uit een observatie van president Macron, die pleitte voor betere samenwerking tussen universiteiten op het vasteland van Europa om tegenwicht te bieden aan de dominantie van Britse en Amerikaanse universiteiten in de ranglijsten. De verdeling van onderzoeksgeld zal steeds vaker worden gekoppeld aan dit soort netwerken.”
Toen er na corona weer gereisd mocht worden, ging Brinksma – onder de titel ‘Ed on Tour’ – langs alle partneruniversiteiten om de banden aan te halen en de samenwerking naar een hoger plan te tillen. “Het idee van UNIC kwam voort uit een observatie van president Macron, die pleitte voor betere samenwerking tussen universiteiten op het vasteland van Europa om tegenwicht te bieden aan de dominantie van Britse en Amerikaanse universiteiten in de ranglijsten. De verdeling van onderzoeksgeld zal steeds vaker worden gekoppeld aan dit soort netwerken.”
Geen politiestaat
Maar de afgelopen vier jaren kenmerkte zich voor de bestuurder ook door heftige gebeurtenissen, waarbij de buitenwereld – soms met geweld – de universiteit binnenkwam. Brinksma hoeft niet lang na te denken over het grootste dieptepunt: de aanslag in september vorig jaar bij het Erasmus MC waarbij ook een docent om het leven kwam. “De dag na de aanslag hadden we een inloopmoment, daar sprak ik met twee studenten die de dader waren tegengekomen met het pistool in de hand. Dat was heel indrukwekkend. Je denkt: dit is iets wat in Amerika gebeurt, niet hier.”Op de vraag of de universiteit iets anders had moeten doen, of nu doet, zegt hij: “Wij zijn de zachte onderbuik van de maatschappij en je kunt je ziekenhuis of universiteit niet op slot gooien, dat is niet de oplossing. Je moet je ogen en oren openhouden voor allerlei elementen van vervreemding en radicalisering, maar waterdichte garanties zijn er niet. Je wil van de universiteit geen politiestaat maken.”
Deze laatste opmerking leidt onvermijdelijk naar een ander moeilijk punt in de bestuursperiode van Brinksma: driemaal greep de politie in op de campus bij een bezetting door studenten. Dit was nooit eerder vertoond. Tweemaal werden klimaatactivisten uit de door hen bezette gebouwen gehaald en de laatste keer was de ME massaal aanwezig om het tentenkamp van pro-Palestinademonstranten te ontruimen. Waarbij de demonstranten overigens zelf de campus verlieten zonder dat de politie echt hoefde in grijpen.
Olifantenhuid
“Het waren niet de protesten die ik als dieptepunt zou noemen, schurende protesten horen nu eenmaal bij een universiteit, daar moet je als bestuurder mee om kunnen gaan. Ik durf ook te stellen dat de protesten agenderend hebben gewerkt.” Wel betreurt Brinksma het politie-ingrijpen. “Vooral die eerste keer was heel zuur, omdat wij eigenlijk helemaal niet van plan waren om de politie erbij te halen. Maar we voelden als college geen keuze toen de politie informatie had dat er groepen van buitenaf onderweg waren. We hadden ook minder context dan nu, waren ook verrast. De afstemming met de driehoek (politie, burgemeester en Openbaar Ministerie, red.) is hierna intensiever geworden.”
Brinksma wil niet zielig doen over de lading kritiek die het bestuur na – met name – de eerste bezetting over zich heen kreeg vanuit de universitaire gemeenschap, want als bestuurder moet je ‘een olifantenhuid hebben’. Maar een beetje machteloos heeft hij zich wel gevoeld: “Je bent als bestuurder verantwoordelijk voor de veiligheid op de campus, maar je hebt geen middelen om op te treden als die veiligheid in het geding is. Het zijn uiteindelijk de burgemeester en de politie die bepalen of er moet worden ingegrepen.”
Inhoudelijk gesprek
Over het Gaza-protest wil hij niet veel zeggen, het blijft een emotionele kwestie. Hij had moeite met de vernielingen en de heel persoonlijke aanvallen richting hem (er werden tegen Brinksma en het CvB gerichte leuzen op de campus geplaatst, red.). “De demonstranten hoefden niet weg van de campus, ze mochten zelf kiezen waar ze hun tenten wilden opslaan, alleen niet op de plaza waar het HeartBeat Festival gepland stond. Een evenement waar veel studenten en medewerkers naar uitkeken, dat is ook iets waar je als bestuurder rekening mee moet houden.”
Moeite had Brinksma met demontranten die hun eisen neerlegden en daar op geen enkele manier over in gesprek wilden. “Protesteren, ja. Wrijving ook, maar spréék met elkaar.”
Toch kijkt hij positief terug op de bijeenkomst die de universiteit organiseerde over de rol van de universiteit in de oorlog tussen Israël en Hamas. “Ik was er trots op dat we de discussie na die ontruiming van het tentenkamp zonder stemverheffing en escalatie hebben kunnen voeren. We waren het niet allemaal eens aan het eind. Maar we hadden wel het gevoel dat er een echt inhoudelijk gesprek had plaatsgevonden.”
Sinds maandag 2 september liggen al dit soort kwesties niet meer op zijn bordje. Hij heeft de voorzittershamer overgedragen aan rector magnificus Annelien Bredenoord. Maar er is nog genoeg te doen: van lidmaatschappen van raden van toezicht en advies in binnen- en buitenland tot een klus voor NWO. Afgelopen zomer proefde hij al voorzichtig aan het nieuwe leven zonder dwingende agenda toen hij eindelijk rust vond om zijn garage op te ruimen en boeken uit te zoeken. “Voor het eerst in zestien jaar krijg ik weer meer regie over mijn leven.”
“Wrijving” “Schuren”
Voor tonnen aan schade, terwijl banen van collega’s en kwaliteit van onderwijs en onderzoek onder druk staan wegens de aankomende bezuinigingen, is terreur.
Een publieke klok op het centrale plein die al een jaar kapot is, een tsunami aan fietsen etc. die lijkt te anticiperen op de dreigende numerus fixus voor buitenlandse studenten, ziehier de kwaliteit van ons universiteitsbestuur
Reageren niet meer mogelijk.