Hier en daar. Het zijn de sleutelwoorden in het verhaal van roeister Marieke Keijser (22) over haar Olympische jaar. Hier is Amsterdam. De plek waar ze sinds begin vorig jaar woont en zes dagen per week traint in en rondom het Olympisch Trainingscentrum van de Nederlandse roeibond in het Amsterdamse Bos. Daar is Rotterdam. De plek waar ze zaterdagmiddag na haar training zo snel mogelijk naar toe gaat én de plek waar bijna al haar vrienden en familie nog steeds wonen. “Ik ben in januari vorig jaar, anderhalf jaar voor de Spelen, verhuisd”, vertelt Keijser in het studielokaal van het trainingscentrum. “In de winter kan je nog relatief makkelijk voor jezelf trainen. Alleen richting het kortebaanseizoen ben je toch wel hier de hele tijd en roei je ook meer met je partner.”

Maar wennen, dat doet het leven in de hoofdstad nog lang niet. Want het is niet voor niets dat Keijser de verdeling tussen hier en daar maakt. De vraag of de verhuizing bevalt, wordt dan ook direct met een grote glimlach beantwoord. “Ik mis Rotterdam heel erg. Het is helemaal niet vervelend hier, maar ik vind Rotterdam gewoon zo leuk. En het is zo druk hier. Ik dacht altijd: ik stel me aan. Maar ik woon er inmiddels nu een jaar en ik mag dus wel van mezelf zeggen dat ik echt mijn best doe. En het lukt ook wel, maar het is niet hetzelfde. Ik ben een vreemde eend in de bijt.”

Marieke Keijser foto Ronald van den Herik (10)
Beeld door: Ronald van den Heerik

Het knokken waard

Toch heeft ze onderaan de streep geen seconde spijt van de verhuizing. Keijser weet namelijk maar al te goed waar ze het voor doet. Goud in de lichte dubbeltwee tijdens de Olympische Spelen. Samen met Ilse Paulis, die vier jaar geleden in Rio met een andere partner al goud won op hetzelfde onderdeel, moet ze haar droom in Tokio waarmaken. “Ja, uiteindelijk ben ik denk ik alleen tevreden met goud. Maar mijn coach zei het een keer mooi: ‘We gaan voor goud, maar elke medaille op de Spelen is het knokken waard.’ Dat moet mijn flow voor dit jaar zijn, maar iedereen wil goud. En ik heb ook al best veel gewonnen, dus ik wil ook heel graag goud winnen. Ik wil tevreden over de finish komen en mijn tevredenheid wordt wel bepaald door het kleurtje van de medaille”, zegt ze lachend.

De erelijst van de roeister laat zien dat ze al vaak tevreden over de finish is gekomen. Niet alleen won ze al met Paulis zilver en brons op het WK, in haar eentje werd Keijser ook al twee keer wereldkampioen. Voordat ze begin 2017 bij de Olympisch kampioene in de boot terechtkwam, roeide ze jarenlang wedstrijden in haar eentje. De overstap naar een andere boot was zeker in het begin nogal wennen. “Dit is niet leuker of minder leuk dan vroeger, het is vooral anders. Het is een teamsport geworden. De haal is hetzelfde, maar daar stopt het. Probeer bijvoorbeeld maar iets niet persoonlijk te brengen of op te vatten als je met z’n tweeën in een boot zit. Dat lukte mij het eerste halfjaar echt niet.”

De halve finale des doods

Inmiddels heeft Keijser zich volledig aangepast. Het meest concrete bewijs van de stappen die ze gemaakt heeft is, naast de twee WK-medailles die het duo al won, het ticket voor de Spelen. “Ik weet het nog heel goed. Normaal gesproken werk je in het roeien naar de finale toe. Maar tijdens het laatste WK vorig jaar lag voor iedereen die tijdens de halve finales de top 3 haalde een ticket klaar. Je voelde dat gewoon in het hele hotel. Normaalgesproken is er een megaspanning voor de finales. Nu was dat voor de halve finales al.” De halve finale des doods noemt Keijser het moment. “Ik was zo gespannen en dacht alleen maar: moet mijn eigen ding doen. De ontlading na die halve finale was heel raar. Ik kan me echt herinneren dat ik zo blij was. Iedereen zegt wel: de Spelen dit, de Spelen dat. En je traint er heel hard voor. Maar vanaf dat moment kon ik zelf zeggen: ik ga naar de Spelen. Een bizar gevoel.”

Maar dat gevoel verdween ook weer heel snel. Want niet alleen verwacht het duo veel van zichzelf in Tokio. Ook bij alle buitenstaanders zijn de verwachtingen hooggespannen vanwege de erelijsten van Keijser en haar roeipartner. “Als team liggen wij wel altijd onder een vergrootglas. Ook omdat Ilse natuurlijk al Olympisch kampioen is. Als wij niet winnen, verliezen we direct. En als we winnen, hebben we het waargemaakt. Dus ik denk dat we het voor onszelf simpel moeten houden. Goud winnen, dan hebben we het gezeur achteraf ook niet.”

Marieke Keijser foto Ronald van den Herik (2)
Beeld door: Ronald van den Heerik

Bijzonder is wel dat de Olympische droom van Keijser nog niet 100 procent zeker in vervulling gaat. Het ticket dat het roeiduo samen won, geldt namelijk voor de boot. De namen van de roeisters zijn nog niet ingevuld. “Je bent pas zeker als je op de Spelen in het water ligt. We gaan nog wel met de huidige reserve naar Spanje om daar samen te trainen. Maar de bondscoach heeft al wel gezegd: mocht ik het toch anders willen, dan geef ik dat op tijd aan. Dus je bent niet zeker, maar als ik mijn kop erbij hou, weet ik dat ik een heel eind kom. Ik moet mezelf ook niet kleiner maken dan dat ik ben. Vroeger zat ik dan wel in mijn eentje in de boot, maar moest ik mijzelf ook altijd bewijzen.”

100.000 uur trainen

Een definitief ticket of niet, het maakt voor haar jaar voorlopig nog geen verschil. De focus ligt de komende maanden volledig op Tokio. En hoe lang de weg naar de Spelen ook nog is, de route is voor de roeister al helemaal duidelijk. “In mijn mail kan ik precies mijn schema voor de komende maanden terugvinden, er is niet heel veel ruimte voor verrassing. Het is sinds half januari alleen maar buitenland, weekje thuis, buitenland, weekje thuis.” Die transparantie is voor haar aan de ene kant heel fijn, maar zorgt soms ook voor wat onrust. “Ik vond het vooral heftig om te zien hoe weinig nachten we dit jaar thuis zijn. Het is aan de andere kant wel fijn om te weten: dit is het. Alles is al bedacht.”

Het drukke schema betekent ook dat er al een tijd weinig tot geen ruimte is om te studeren. Na haar verhuizing naar Amsterdam en het bijna gelijktijdig binnenhalen van haar propedeuse Health Policy Management heeft ze tot haar eigen spijt haar studie tijdelijk stop moeten zetten. “Tuurlijk, als ik aan het studeren ben is het op dat moment niet leuk om 100.000 uur te moeten trainen en tentamens te maken. Maar nu ik even niet studeer denk ik vaak: iedereen doet dingen met zijn leven en ik peddel hier wat op en neer. Dan voelt het voor mij of ik stil sta en geen deel uitmaak van de maatschappij. En dat vind ik een heel benauwend gevoel. Dus ik heb best wel veel zin om weer te beginnen.”

Marieke Keijser foto Ronald van den Herik (11)
Beeld door: Ronald van den Heerik

Begin september staat dan ook rood omcirkeld in haar agenda. Dan begint ze hoe dan ook aan het tweede jaar van haar studie. Alleen het liefst wel met een gouden medaille om haar nek. “Ja, ik heb heel veel zin in het komende jaar, maar ik ben ook wel weer blij als zo’n cyclus erop zit. Ik vind roeien superleuk en weet ook wel dat ik dat wel wil blijven doen, maar het is ook wel echt intens. Ik weet ook niet of ik zo’n topsportleven 10 jaar lang vol zou kunnen houden. Maar dat zie ik dan wel weet. Zolang ik het leuk blijf vinden, blijf ik het doen. Maar misschien na de Spelen wel een jaartje naar Rotterdam om even op te laden. Of twee.”