Bij de deur waarop ‘beheerder/caretaker’ staat, op de eerste verdieping van het Hattagebouw, ontstaat een rij studenten. Een Azerbeidjaanse en haar moeder hebben het een en ander aan te merken op de staat van de keuken (‘enorm smerig’), twee studenten uit Taiwan hebben problemen met de verlichting en van weer een ander werkt de sleutel niet.
Wie lost het voor ze op? Beheerder Hugo van der Schelling. Al zeventien jaar zit hij ‘in de studentenhuisvesting’. Niet dat Hugo moest werken vandaag, hij werkt alleen doordeweeks, ‘van acht tot half vijf’. Maar hij is de moeilijkste niet. In de gym van de universiteit deed hij zijn wekelijkse work-out, maar de studentbeheerders klampten hem aan vanwege de grote toestroom van nieuwe bewoners. Toen is hij toch maar bijgesprongen.
Daarom loopt hij rond in zijn trainingsbroek en Puma-shirt, handdoekje nog om de nek. En daarom wil hij ook absoluut niet op de foto. Het is voor Hugo de drukste periode van het jaar. “Op 14 augustus lopen de contracten af van de vorige studenten, vanaf 15 augustus komen de nieuwen erin. Daardoor hebben wij heel weinig tijd om alles goed te regelen.”
Vandaag ontvangt Van der Schelling met zijn twee studentbeheerders 125 studenten die gedurende de dag binnendruppelen. In zijn kantoor staan kratten vol contracten. In en uit het gebouw lopen studenten – veelal met ouders – met koffers en verhuisdozen. Wie zijn zij en wat verwachten ze?
Nederlands vriendje

Voor het gebouw wacht de Finse Sofie Wahlberg (18), die donderdag al haar kamer in Hatta betrok. “Ik kom hier voor de bachelor Psychologie. Het is in Finland heel lastig om binnen te komen bij die studie, dus toen ben ik verder gaan kijken. En – al mag dat niet de hoofdreden zijn voor een studiekeuze – ik heb een Nederlands vriendje dat aan de Erasmus Universiteit studeert.”
Wahlberg weet wat het is om in het buitenland te wonen. Ze kent haar vriendje uit China. “Mijn vader is diplomaat, zijn vader werkte voor de Ikea aldaar. Ik heb vier jaar in Shanghai gewoond, en daarnaast ook in Japan en België. Leuk, maar ook lastig om telkens mensen achter te laten. Ook al is Finland mijn thuisland, ik heb daar maar twee of drie goede vrienden. Dat is gek.”
Ze heeft zin in het Nederlandse avontuur. “De mensen zijn hier aardig, en zó lang ook. Ik verwacht veel molens, maar die heb ik vooralsnog niet gezien. Komende week is de Eurekaweek en daar kijk ik naar uit. Nieuwe vrienden maken, de stad ontdekken. Het wordt mooi. Mijn huisgenoten zijn er nog niet, naar hen ben ik ook heel benieuwd.”
Fiets

Felix Bracht (19) is net aangekomen vanuit Duitsland en staat met zijn ouders en zusje in de gang van het Hattagebouw. “Wij zijn met de auto; ik kom uit de buurt van Keulen.” Naast zijn kleding en computer heeft hij zijn fiets meegenomen. “Als er ergens een plek is waar ik die veel ga gebruiken, dan moet dat hier zijn.”
Het was voor Felix altijd al duidelijk dat hij in het buitenland wilde wonen. “Een vriend van mij raadde Rotterdam aan, dus toen ben ik in 2017 gaan kijken op een open dag. En nu sta ik hier. Ik wilde dit altijd al om zelfstandiger te worden. Mensen die thuis blijven, raken verknocht met dat leven en houden dezelfde vrienden. Ik zal allemaal nieuwe mensen ontmoeten en nieuwe avonturen beleven.”
Naast zijn studie IBA wil hij graag de Rotterdamse clubs en bars ontdekken. “En ik wil Nederlands leren en in de bediening werken.” Eén Nederlands woord kent hij al, zo blijkt als hij over het eten begint: ‘poffertjes’. “Ik wil de Nederlandse manier van leven ontdekken en echt voelen hoe dit land en haar cultuur werken.”
Vanuit Servië met de auto

Ook met de auto naar Rotterdam gekomen: Rastko Glisic (19). Het was een flinke rit vanuit Servië. “We moesten zo’n 2000 kilometer overbruggen in twee dagen. Hongarije, Oostenrijk, Duitsland en toen Nederland en Rotterdam. Niet heel fijn, maar het was wel handiger om met de auto te komen. Dan kun je makkelijker spullen meenemen.”
Eerste indruk? “Het is hier érg schoon en érg georganiseerd. Het lijkt me een stabiele leeromgeving. Belgrado, waar ik vandaan kom, is veel chaotischer. Ook lijken de mensen in Nederland veel toegankelijker en aardiger. In Servië is iedereen ontevreden over de economie en daardoor in de basis wat chagrijniger.”
Rastko begint komend studiejaar aan de internationale bachelor Psychologie. “Het is een grote stap, maar ik heb veel goede verhalen gehoord over de Erasmus Universiteit. Ik wil mijn bachelor hier afronden en dan een master te doen die gespecialiseerd is in hypnotherapie, in Barcelona.”
Het weer in Nederland kan Rastko nog niet echt bekoren. Het is zaterdag een behoorlijk grauwe en regenachtige dag. “Maar je zult er wel aan wennen, zo’n groot probleem is het niet. In Servië is het vooral heel warm óf heel koud. Hier is het wat meer er tussenin.” Nu hij zijn kamer heeft betrokken is Rotterdam ontdekken de volgende stap. Rastko is vooral benieuwd naar ‘die grote overdekte markt’. “Dat moet bijzonder zijn. En ik begreep dat hier veel musea zijn.”