Hallo, ik ben Polly Wijers, ik ben 9 jaar en ik zit op de Tarcisiusschool in Rotterdam.

Op dinsdag 9 oktober zijn een paar kinderen uit mijn klas en ik uitgekozen om naar de Erasmus Universiteit te gaan. We werden met de bus opgehaald. Toen we de bus uitstapten, zag ik allemaal kunstwerken: een soort omgekeerde waterdruppel en een beeld van Erasmus.

Toen liepen we langs een heleboel fietsen en gingen we door een draaideur en kwamen we in een hal. Toen moesten we twee trappen op, en kwamen we in een nog grotere hal met glazen kunstwerken. Er kwam een studente naar ons toe en zij nam ons mee naar een grote zaal met allemaal stoelen en klaptafeltjes. Ook waren er grote ramen waar een zwart scherm voor kwam, zodat je de powerpointpresentatie beter kon zien.

Toen kwam professor Robert Dur binnen, met een mevrouw. Zij hadden allebei een toga aan en een zwarte hoed op, en de mevrouw had ook nog een stok met belletjes er aan. De professor vertelde wat we allemaal gingen doen. Professor Jeroen Jansz gaf ons toen les over hoe je met games de wereld kunt verbeteren. Eerst gingen we vragen op onze telefoon of tablet beantwoorden (als je die bij je had ) over welke games we spelen en hoe vaak. We konden meteen zien hoeveel procent van de kinderen iets speelt. De universiteit had drie spelletjes gemaakt. Bijvoorbeeld een over kinderen die katoen moeten plukken, wat een heel saai karweitje is. Als je dit speelde en op stop drukte, kreeg je een boodschap dat jij kan kiezen om te stoppen, maar dat die kinderen door moeten plukken!

Toen de les klaar was moesten we wachten op de bus en gingen we nog even verstoppertje spelen.

Ik vond het college over gamen interessant, maar wel soms moeilijk te begrijpen, omdat het soms in grote-mensen-taal is. En je moest ook lang stil zitten. Ik ben heel benieuwd wat we de volgende keer gaan doen!