Het toepassen van data-analyse in universitair onderwijs wordt ook wel ‘Learning Analytics’ genoemd; een combinatie van de observatie van de docent, evaluatie door studenten en de data verzameld in een online leeromgeving, zoals Canvas.
De discussie werd geopend door Kris Stabel van de nieuwe Community for Learning and Innovation (CLI), die een overwegend positief verhaal hield. “De komst van Learning Analytics draagt bij aan de nieuwe visie die de universiteit uitdraagt, waar participatie door studenten een essentieel onderdeel van is.”
Schat aan data
Door bijvoorbeeld te zien hoe lang studenten naar een weblecture kijken, kun je conclusies trekken over de effectiviteit van het college. “Online leeromgevingen als Canvas openen de poort naar een schat aan data om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren”, zegt Stabel. Verder kan het leergedrag van studenten worden gemonitord en geëvalueerd, legde Stabel uit.
Dit laatste voorbeeld stuitte op weerstand vanuit het publiek. Op de vraag hoeveel aanwezigen het eens zijn met de mogelijkheid dat docenten de activiteiten van studenten in de online omgeving kunnen bekijken, staken slechts drie aanwezigen hun hand omhoog – onder wie twee docenten.
Verschoolsing
De mening van het publiek sloot meer aan op het betoog van universiteitsraadslid en student Daniel Sieczkowski. Hij toonde zich veel sceptischer: “ik ga altijd uit van eerst nee zeggen, en per situatie beoordelen of het goed en verstandig is om mijn data te delen, daarna pas besluit ik.” Volgens Sieczkowski wordt er namelijk te weinig gekeken naar mogelijke nadelen, risico’s en bijbehorende oplossingen voordat een nieuwe techniek in gebruik gaat.
Sieczkowski betreurde bijvoorbeeld de focus op effectiviteit ten koste van kwaliteit, en het verschoolsen van het studeren wanneer studenten permanent worden gemeten. Sieczkowski: “Op de universiteit kan data een student alles vertellen over de beste studiemethode, maar in de echte wereld word je niet continu begeleid. Verder geven we studenten die een eigen manier van leren aanhangen minder ruimte.”
De grootste angst leek echter een reactie op recente privacy-inbreuken door iCloud-hackers, Facebook en Cambridge Analytica. Sieczkowski daarover: “Je data zijn veilig totdat ze gehackt worden. Het hacken van een ERNA-account hoeft soms maar enkele minuten te kosten.”
Christelijke inspiratie
Sieczowski liet zich bij het kiezen voor nieuwe technieken inspireren door nota bene de Amish uit de Verenigde Staten. Deze streng Christelijke beweging adopteert alleen nieuwe technologieën wanneer het gebruik ervan bijdraagt aan het bereiken van hun gemeenschappelijke waarden. “Natuurlijk kunnen we anno 2018 data-analyse niet meer ontwijken; maar het uitgangspunt – eerst afwegen, dan doen – is aantrekkelijk”, aldus het universiteitsraadslid.
Een student uit het publiek stemde hiermee in: “Voordat ik iets toezeg, moet je me eerst laten zien dat het loont”. Veel studenten hadden bezwaren tegen de mogelijkheid dat de docent toegang heeft tot data over hun studiegedrag, zelfs als het gaat om verbetering van kwaliteit.
Eigenaar van onze data
Filosofiestudent Mark Tieleman sloot zich hierbij aan. “Je geeft eerst volledige toestemming, en weet vaak later pas wat er wordt gedeeld en gebruikt. We zouden toch eigenaar van onze eigen data moeten zijn? Zo kunnen we instellingen verantwoordelijk houden voor het beschermen hiervan.”
Met zijn essay More Privacy Equals More Autonomy was hij een van de winnaars van de essaywedstrijd uitgeschreven door de universiteit. Tieleman protesteerde dat er vaak geen optie is om wel een techniek te gebruiken en geen, of niet alle, persoonlijke informatie te delen. Voor hem is de keuze dus duidelijk; op sociale mediakanalen is hij alleen actief onder een geheime naam.
Van Sieczowski én het publiek kreeg Tieleman bijval. Om zowel Learning Analytics in te zetten als de privacy van de student te waarborgen, erkent de meerderheid in de zaal vooral de mogelijkheid voor een geïnformeerde eigen keuze van de student.