Hoe vertel je op een verjaardag wat je hebt onderzocht en wat daaruit kwam?
“Obductie, onderzoek om de doodsoorzaak te vinden of te bevestigen, vindt steeds minder plaats, ook in Nederland. Een van de belangrijkste redenen dat clinici en nabestaanden postmortaal onderzoek niet nodig vinden is dat ze vaak wel denken te weten waaraan de patiënt is overleden omdat ze vertrouwen hebben in de geavanceerde diagnostische technieken van tegenwoordig. Maar in ongeveer een op de vijf gevallen blijkt na obductie dat de doodsoorzaak afwijkt van de door de arts vermoede doodsoorzaak.
“Een andere reden is dat nabestaanden, vanuit religieuze overtuigingen of door CSI-achtige televisieseries, bang zijn voor schade aan het lichaam door de autopsie. Dat kun je oplossen met onze minder ingrijpende methode: de Minimally Invasive Autopsy, een obductie via MRI, CT en biopten van organen en het brein. Uit ons onderzoek blijkt dat het een gelijkwaardig alternatief is voor de conventionele autopsie.”
Wat wordt de wereld beter van je proefschrift?
“Ik hoop dat het onderzoek bijdraagt aan het besef dat autopsies belangrijk zijn. Als de obductiepercentages stijgen is dat goed voor de kwaliteitscontrole in de zorg. Ik vond het behoorlijk zorgelijk dat we in bijna een op de vijf gevallen na postmortaal onderzoek een andere doodsoorzaak vonden.
“Als iemand bijvoorbeeld wordt behandeld voor kanker met chemotherapie en overlijdt, kun je bij obductie ook vaststellen in hoeverre de behandeling nog effect heeft gehad. En het kan voor familie heel relevant zijn, bijvoorbeeld om vast te stellen of iemand erfelijke aandoeningen had. Je kunt de overledene misschien niet meer redden, maar wel de nabestaanden die mogelijk dezelfde aandoening hebben.”
Wat was jouw dieptepunt in de afgelopen jaren?
“Ik softbal fanatiek en heb een zware hersenschudding opgelopen doordat ik een softbal tegen mijn voorhoofd kreeg. Daar heb ik maanden van moeten herstellen. Het was frustrerend dat ik door die hersenschudding weinig kon. Meetings van een uur waren eigenlijk al te lang, dan kon ik geen volzin meer uitspreken. Soms was twee uur werken al te veel, dan moest ik daarna twee dagen slapen. Gelukkig kreeg ik de ruimte om te herstellen en mijn grenzen aan te geven.”
Van wie in je dankwoord had je vooraf niet bedacht dat ze zo belangrijk zouden zijn?
“Mijn hoogleraar Pathologie was zeer betrokken bij mijn onderzoek. Tijdens mijn vakantie stond hij ’s avonds te biopteren, terwijl hij al met pensioen is. Ik heb het dankwoord in de vorm van een woordzoeker gemaakt, met de namen van iedereen die ik wilde bedanken. Er zijn zo ontzettend veel mensen betrokken bij het onderzoek dat ik nooit iedereen in een geschreven dankwoord had kunnen proppen. Op deze manier zit er geen hiërarchie in en doe ik niemand tekort. De oplossing van de puzzel heeft te maken met mijn onderzoek en mijn liefde voor sport, dus ik had eigenlijk gehoopt dat er tijdens mijn promotie een vraag over zou komen.”
De cover
“De potloodtekening op de omslag en schutbladen is gemaakt door een middelbareschoolvriendin, die al jaren prachtige tekeningen maakt. Zij moest mijn cover maken. Met name de silhouetten vind ik geweldig. Mijn proefschrift gaat over de obductie, een soort puzzel die je vertelt waarom de componenten in het lichaam ineens niet meer goed samenwerkten. De belangrijkste componenten zijn de organen, omdat daarin vaak de doodsoorzaak wordt gevonden. Dat zie je allebei terug in de illustratie: de lichamen hebben een orgaan als hoofd en je ontdekt steeds iets nieuws.”