Op een steenworp afstand van het Haagse Binnenhof staat de meest afgelegen faculteit van de EUR: The International Institute of Social Studies. Het instituut met vooral internationale studenten biedt master- en PhD-opleidingen aan. Maar wie lopen daar nu precies rond? Deze editie: promovendus Shigehisa (Cape) Kasahara.
Misschien een beetje onbeleefd om te vragen, maar hoe oud bent u?
“Ik ben heel relaxed, dus dat is niet erg. Ik ben 64.”
Hoe bent u op het ISS terecht gekomen?
“Ik ben voor mijn bachelor aan de Universiteit van Michigan verhuisd van Japan naar de Verenigde Staten. Daarna heb ik een master gevolgd in Washington. Tijdens mijn promotietraject in 1981 kreeg ik echter een aanbod om bij de Wereldgezondheidsorganisatie aan de slag te gaan en die kans heb ik met beide handen aangegrepen.”
“Toen ik jaren later al het voorbereidende werk voor mijn promotie had afgerond, zag ik een oproep voor een wervingsronde bij de Verenigde Naties. Ik schreef me in, werd aangenomen en ben ook voor de VN gaan werken. Mijn promotie kwam daardoor op een laag pitje te staan, maar sinds 2014 ben ik in Nederland zodat ik alles kan afronden waar ik ooit aan begonnen ben.”
Hoe bevalt het leven in Den Haag?
“Je gelooft misschien niet wat ik nu ga zeggen, maar ik ken Den Haag nog steeds echt helemaal niet. Mijn collega’s zeggen altijd: ‘Cape, jij weet echt helemaal niets van je eigen stad.’ En ze hebben gelijk, omdat ik altijd aan het werk ben. Ik denk dat ik zo’n tien tot dertien uur per dag in mijn kantoor zit. Tijd voelt voor mij als een luxe, dus ik moet van mezelf elk moment zo goed mogelijk benutten.”
‘Tijd voelt voor mij als een luxe, dus ik moet van mezelf elk moment zo goed mogelijk benutten’
U woont sinds 2014 in deze stad. Bent u nog nooit in het centrum geweest?
“Ik heb nog een hoop in te halen. Mijn kamer is ongeveer 100 meter van het ISS vandaan en bijna al mijn tijd besteed ik op die 100 meter. Volgens mij heb ik zelfs nog nooit van het openbaar vervoer gebruik gemaakt. Maar ik kan het mij gewoon niet veroorloven om tijd te verspillen.”
Heeft u ooit op een fiets gezeten?
“Jazeker, maar toen realiseerde ik dat ik geen behoefte had om ergens anders naar toe te gaan. Dat is gewoon hoe ik ben.”
Maar omdat u zoveel binnen zit, heeft u ook geen last van het Nederlandse weer?
“Oh jawel hoor. Ik ben dan misschien niet heel vaak buiten, maar ik moet soms toch ook een pauze nemen. Het klimaat maakt mij op een of andere manier een beetje depressief. Ik weet dat ik niet moet bitchen op het weer in het land waar ik te gast ben, maar het gebeurt gewoon. Ik kan er niet veel aan doen.”