Dit zijn onzekere tijden, zelfs bedreigend: populisme, vluchtelingenstromen, schulden. We hebben dan de neiging om ons af te sluiten voor de werkelijkheid. Exclusiviteit. Terug in de eigen groep.
Dat gevoel heeft diepe wortels in een natuurlijk mechanisme: negativiteit. In de wetenschap wordt dat ook wel het ‘negativiteits-vooroordeel’ genoemd. Mensen zijn geneigd zaken die negatief zijn een groter gewicht toe te kennen dan positieve zaken. Honderd euro verliezen – ramp; honderd euro winnen: – mwah….
In deze laatste dagen van het jaar richt Erasmus Magazine zich volledig op het thema ‘religie’. Welke rol speelt geloof in de academische wereld, welke invloed is er op de universiteit en hoe gaan wetenschappers en studenten om met hun eigen geloof en dat van anderen? In dat thema past ook deze ‘preek’, een van vier preken van Erasmusianen die EM deze dagen publiceert.
Negativiteit door de tijd
In de oertijd was negativiteit een overlevingsmechanisme. Een klein foutje, een verkeerde inschatting van een risico (die leeuw!) kon de onmiddellijke dood betekenen. Tegenwoordig is negativiteit echter doorgedrongen tot alle haarvaten van de samenleving.
Negatief nieuws scoort beter dan positief nieuws. De Amerikaanse verkiezingsstrijd tussen Trump en Clinton draaide vrijwel uitsluitend om negatieve frames. Clinton kon daardoor slechts in 28 procent van de gevallen aandacht geven aan inhoudelijke thema’s. Trump deed dat slechts in 12 procent, maar dit was veel minder relevant voor zijn campagne.
Maatschappelijk aspect
Politiek loont het om problemen negatief voor te stellen. Maar loont het ook maatschappelijk? Hier treedt een ander psychologisch fenomeen op. Hoe meer we met negativiteit en ingewikkelde problemen geconfronteerd worden, des te meer we ons terugtrekken in ons eigen gelijk. Hier treedt het ‘omstanders’-effect op: we zijn zo overweldigd door omineuze keuzes dat we geen keuze meer maken. We blijven passief aan de kant staan.
Maar, dat gaat ons niet helpen. We kunnen geen toeschouwer blijven van onze eigen toekomst. Gelukkig zijn er wel degelijk alternatieven. We weten uit motivatieonderzoek dat doembeelden passiviteit en verkramping creëren. Mensen worden daarentegen productiever, creatiever en gemotiveerder als ze positief geformuleerde, maatschappelijk relevante doelen mogen nastreven.
Global goals
Macro-economisch heeft daarnaast het IMF aangetoond dat echte groei alleen ontstaat als die ook ‘inclusief’ is – dus met betrokkenheid van alle lagen van de bevolking. Dat is een troostrijke gedachte. Signalen staan op groen als ze positief en inclusief geformuleerd worden. Laat dat nu net afgesproken zijn onder de noemer van de Global Goals – zeventien behartenswaardige doelen voor de wereldgemeenschap voor het jaar 2030.
En laat dat nu net ook de agenda zijn waar de Erasmus Universiteit zich aan wil spiegelen. Met zoveel mogelijk inzet van iedereen. Slim en inclusief!