In de wetenschap verdienen vrouwen nog altijd minder dan mannen. En nee, dat komt niet doordat ze vaker in deeltijd werken. We moeten maar eens harde eisen gaan stellen, zegt het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren.

Vrouwen maken nog altijd minder snel carrière in de wetenschap dan mannen en ze krijgen ook minder goed betaald. Een man verdient gemiddeld 390 euro per maand meer dan zijn vrouwelijke leeftijdgenoot. Want mannen worden eerder universitair hoofddocent of hoogleraar. Maar dan nog: ook binnen die functies verdienen mannen meer dan hun vrouwelijke collega’s en ze ontvangen ook vaker een toelage voor bijvoorbeeld bestuurswerk.

Glijbaan voor mannen, klimmuur voor vrouwen

Aan de inzet van vrouwen ligt het niet. Vrouwen werken nauwelijks vaker in deeltijd dan mannen, staat in een rapport van het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren over de beloningsverschillen. Het moet aan genderbias liggen, oftewel seksisme.

“Voor mannen is de academische carrière een glijbaan en voor vrouwen een klimmuur”, meent voorzitter Ingrid Molema, hoogleraar levenswetenschappen in Groningen. “Sinds de jaren negentig hebben we vreselijk veel vrouwelijke studenten. Dat zou je onderhand toch mogen terugzien in het wetenschappelijk personeel?”

Gevolgen voor bekostiging

De positie van vrouwen in de wetenschap wordt wel iets beter, maar ondanks alle goede bedoelingen en voornemens gaat het Molema te langzaam. Universiteiten moeten het probleem maar eens gaan voelen in hun bekostiging, vindt ze.

“Geef universiteiten minder geld als ze het niet goed doen”, zegt Molema. “Al die plannen en streefcijfers op de tekentafel waren prachtig, maar als we nu geen meters gaan maken, dan geef je eigenlijk toe: het gaat niet lukken.” Wat haar betreft mag een deel van de ‘eerste geldstroom’ ervan afhankelijk worden.

Minister komt erop terug

“Mannen en vrouwen zijn even slim, even kundig”, stelt ze. “Toch wordt het gros van de hogere functies bekleed door mannen. Dat betekent dat minder competente mannen op stoelen zitten waar competentere vrouwen hadden kunnen zitten.”

Gisteren overhandigde Molema het rapport aan minister Bussemaker van OCW bij de opening van het academische jaar aan de Vrije Universiteit. De minister vindt het onderwerp belangrijk en wil niet uitsluiten dat ze met universiteiten kwaliteitsafspraken gaat maken over de gelijke behandeling van mannen en vrouwen. Daar komt ze nog op terug.

Rol voor diversity officer

Molema ziet een grote rol weggelegd voor diversity officers. “Misschien is het voor sommige mannen beangstigend dat er zoveel slimme vrouwen aan de poort staan, maar het achterstellen van vrouwen gebeurt lang niet altijd bewust. Een diversity officer kan bijvoorbeeld in de gaten houden of er genoeg vrouwen in de sollicitatiecommissies zitten en of de beste vrouwelijke kandidaten wel op gesprek worden uitgenodigd.”