Het International Institute of Social Sciences maakte voor de 150e keer een publiekelijke verdediging van een proefschrift mee. De 150e promovendus was dr. Atsushi Sano, die afgelopen donderdag promoveerde na zijn openbare verdediging.
Om deze mijlpaal te vieren heeft het International Institute of Social Studies (ISS) een boekje gepubliceerd met een overzicht van alle 150 proefschriften, inclusief datums en auteurs. Het boekje bevat bovendien artikelen van de voorzitter van de Research Degree Committee, Irene van Staveren, en de rector van ISS, Inge Hutter. Deze compilatie is nu beschikbaar op de ISS-website.
“Waar we het meest trots op zijn, is denk ik dat we al in zo’n korte tijd het 150e proefschrift hebben afgeleverd. Nog maar zes jaar geleden, in 2010, vierden we het 100e proefschrift,” zegt Van Staveren enthousiast. De eerste promotie bij ISS was in 1986. Sindsdien is het programma steeds verder gegroeid, met momenteel wel meer dan honderd promovendi.
Kwaliteit boven kwantiteit
Van Staveren vervolgt: “Het interdisciplinaire gehalte van de proefschriften is ook iets om trots op te zijn. Zo gaat het 150e proefschrift, dat van dr. Sano, over tienermeisjes en prostitutie. Daarbij is antropologisch onderzoek met sociaal-demografisch onderzoek gecombineerd. Volgens mij is dat een uniek kenmerk van EUR.”
ISS maakt deel uit van de Erasmus Universiteit, maar de faciliteiten bevinden zich in Den Haag. ISS ontvangt 300 tot 400 studenten per jaar, onder wie zo’n 120 promovendi. Volgens Van Staveren zal dit aantal nog verder groeien: “Momenteel doen 120 studenten promotieonderzoek. We verwachten dat dit er nog meer zullen worden, misschien zelfs tot we onze maximumcapaciteit van 150 bereiken.”
Hoewel de cijfers een spectaculaire groei doormaken, blijft kwaliteit belangrijker dan kwantiteit in de ogen van Van Staveren. “We hanteren een systeem om de kwaliteit van het proefschrift te waarborgen. Het betreft een proces met drie fasen waarin kandidaten de kans krijgen te worden beoordeeld door medepromovendi en hun onderzoek te bespreken bij elke stap van het academische proces. Dit doen we al vanaf het begin.”
