Hoe graag wetenschappers ook met keiharde data werken, een persoonlijk verhaal kan daar nog altijd bovenuit stijgen. En dat lukte bij de inleiding van het debat over de vluchtelingencrisis op woensdag. Tariq Assim, een voormalige Iraakse vluchteling, deelde zijn eigen verhaal – hij kwam als 9-jarige naar Nederland, op de vlucht uit een land dat verscheurd was door oorlog. Hij bedankte de Nederlandse regering voor het geven van een ​​kans op onderwijs en het vinden van zijn roeping: hij is nu acteur.

Maar daarna volgden alsnog de getallen. Een studie, uitgevoerd door Economisch Statistische Berichten toont aan dat het afgelopen jaar de meerderheid van de migranten in Nederland mannen waren (24.665), gevolgd door de zogenaamde ‘ketenmigranten’ – familieleden van degenen die al zijn gemigreerd – vrouwen en kinderen (12.790). De meesten kwamen uit Syrië en vestigden zich in het platteland. In Amsterdam wonen minder dan 0,1 procent van de vluchtelingen.

'Kosten-batenanalyse is absurd'

De lastigste vraag is de verdeling van middelen, banen en vergoedingen. ”Zullen Nederlanders  verdrongen worden van de arbeidsmarkt?”, vroeg een van de studenten. De deskundigen toonden opmerkelijke eensgezindheid over de kwestie: we moeten asielzoekers beschouwen als een gegeven en kijken hoe we hen het beste kunnen helpen. “Het toepassen van een kosten-batenanalyse op mensen is absurd”, benadrukte dr. Marcel Canoy van de Erasmus School of Accounting & Assurance.

Maatwerk

Een vrijwilliger van Vluchtelingenwerk bracht vanuit het publiek een ​​belangrijke kwestie aan de orde: alle vluchtelingen krijgen nu gestandaardiseerde bijstand, terwijl sommige groepen hebben zeer specifieke behoeften hebben. Mensen uit Eritrea verschillen bijvoorbeeld aanzienlijk in wat ze nodig hebben ten opzichte van asielzoekers uit Syrië.

Pieter van Winden van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid beaamde dat. Hij benadrukte dat vluchtelingen ‘niet mogen worden behandeld als een homogene groep’. In dit geval zouden sociale wetenschappers uitkomst kunnen bieden.

Practical solutions

Zowel Hans Koster van de VU Amsterdam en Maikel Volkerink van De Nederlandsche Bank onderstreepten het belang van empirische studies. Wat voor soort mensen komen binnen? Hoog op de agenda staat nu het creëren van een aantal ’typische’ vluchtelingprofielen, die het vinden van huisvesting en werkgelegenheid makkelijker maken.

De vluchtelingencrisis in de jaren 90 leerde dat veel asielzoekers hier uiteindelijk blijven. Studenten sneden de kwestie van migrantenkinderen aan. Maar daar was weinig discussie over: ze moeten in de scholen onmiddellijk worden geplaatst, zij aan zij met Nederlandse kinderen. ” Dat is de beste manier om Nederlands te leren ”, herinnerde Tariq.