Jean Pierre Mujyambere studeerde in 2014 af aan de Erasmus Universiteit. De nu 41-jarige Congolees rondde de master International and European Public Law af. Cum laude. Tegelijkertijd is Mujyambere ook asielzoeker. De IND wil dat hij naar Congo terugkeert. Maar zelf zegt hij dat dat helemaal niet kan. Als politiek dissident is hij daar niet veilig. Bovendien zijn zoon Steve (8) en dochter Ornella (4) hier opgegroeid, dus voor hen is het geen teruggaan naar Congo, maar weggaan uit Nederland. Nu woont hij met zijn gezin in Werkendam, maar nog altijd zonder werkvergunning om te werken.
Je bent ruim een jaar geleden cum laude afgestudeerd. Vorig jaar was er een petitie en de scholen in Werkendam hielden protestacties om een verblijfsvergunning voor jou en je gezin af te dwingen. Er werd een facebookpagina opgericht en er kwam veel aandacht in de media. Daarna werd het stil. Maar je bent er nog steeds. Hoe staat je leven er nu voor?
“Ik doe nu helemaal niets. Ik mag niet werken. Ik kan alleen vrijwilligerswerk
doen. En mijn vrouw ook niet. We zitten gedwongen thuis. Wat ik wel doe, is lezen. Ik heb het geluk dat ik opgeleid ben als wetenschapper. Boeken lezen kan altijd. Dus ik lees veel boeken over internationaal recht. Onderzoek doen in mijn hoofd mag wel. En ondertussen volg ik een cursus Nederlands. Ik bereid me nu voor op het Nationaal Examen op B2-niveau.”
Het lijkt me moeilijk als je al een jaar lang niet mag werken. Heb je niet de neiging om ’s ochtends in je bed te blijven liggen?
(Lacht) “Ik sta elke morgen om zeven uur op. De kinderen moeten naar school, en ik moet dat voorbereiden. Zo probeer ik ook ritme te houden. En ik houd van hardlopen en fietsen. Dat houd je fit.”
We hebben een visum aangevraagd om als hooggeschoolde immigrant aan de slag te mogen. Dat is aangevraagd in juli. Nu is het november…
Heb je na je afstuderen naar werk gezocht?
“Ja, sterker nog: dankzij het UAF (de stichting die hoogopgeleide vluchtelingen ondersteunt; zie kader) heb ik een baan gevonden. Bij de Universiteit van Tilburg ben ik in juli aangenomen als onderzoeker. Daar mag ik onderzoek doen naar hoe bedrijven verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor mensenrechtenschendingen onder het rechtssysteem van de Afrikaanse Unie. Maar ik heb nu nog geen toestemming om te werken. We hebben een visum aangevraagd om als hooggeschoolde immigrant aan de slag te mogen. Dat is aangevraagd in juli. Nu is het november…”
Ben je niet bang dat Tilburg er vanaf ziet als het te lang duurt?
“De universiteit heeft de aanvraag zelf gedaan, dus ze weten hoe de vork in de steel zit. Zij houden mij op de hoogte hoe het ermee staat. Maar ik snap niet waarom het zo lang moet duren. Ik hoor er helemaal niets van momenteel. Ik weet niet precies wat de termijn is die ervoor staat, maar anderen kregen hem meestal binnen drie maanden.”
Hoe ben je van Congo naar Nederland gekomen?
“Ik kwam hier in 2011 via een gezinsherenigingsprocedure. Mijn vrouw en mijn zoon woonden toen al in Nederland. Ze woonden al in dit huis. Mijn zoon (Steve) kwam hier toen hij nog geen één was. Dus hij kent niets anders dan Nederland. Mijn dochter Ornella al helemaal niet, die is hier geboren. Ze spreken alleen Nederlands, ze hebben alleen Nederlandse vriendjes. Officieel sta ik nog steeds geregistreerd in het asielzoekerscentrum in Utrecht. Daar moet ik al sinds 2011 elke donderdag naartoe, om een stempeltje op te halen.”
Over het UAF
Het UAF ondersteunt hoogopgeleide vluchtelingen bij het vinden van een ‘passende maatschappelijke positie’. Dat betekent in de praktijk dat ze begeleiding geven bij het vinden en doen van een studie, en daarna het vinden van een baan op niveau. Die begeleiding is in de vorm van gesprekken, maar ook financieel. Zo betaalt het UAF het collegegeld, het reisgeld, de boeken en talencursussen. De meeste studenten studeren af in de richtingen geneeskunde, economie en techniek. Op dit moment studeren aan de Erasmus Universiteit zes studenten met ondersteuning
van het UAF.
Ornella is hier geboren, Steve kwam hier toen hij een paar maanden oud was. Waarom vallen ze eigenlijk niet onder het kinderpardon?
“Dat heeft met mij te maken. Ik kwam vanuit Burundi naar Nederland. Daar leefde ik toen in een vluchtelingenkamp. Terwijl ik daar was heeft de Nederlandse immigratiedienst IND gecontroleerd of ik Congolees was. Dat hebben ze onder andere gedaan via het Nederlandse consulaat in Burundi. Ze hebben onder meer mijn DNA met dat van mijn zoon vergeleken. Daaruit bleek dat ik zijn vader was. Ook heeft de IND mijn paspoort gekregen. We voldeden zo aan alle voorwaarden voor het kinderpardon. Toch is het niet toegekend voor Steve en Ornella, omdat ik in 2007 een identiteitsbewijs van een ander land heb gebruikt. Met andere woorden, mijn zoon moet boeten voor de dingen die zijn vader in het verleden gedaan heeft. Het kinderpardon is afgewezen op de twijfel over mijn nationaliteit. Volgens de IND zijn we niet Congolees genoeg om te blijven, maar wel Congolees genoeg om teruggestuurd te worden.”
Hoe is het je gelukt om hier een studie te doen met zo weinig geld?
“Dat is te danken aan het UAF. Als vluchtelingen met een hoge opleiding aankomen in Nederland, krijgen ze een flyer van het UAF. Ik heb toen gesolliciteerd. Na een paar maanden wachten kreeg ik een positief antwoord. Ze wilden mij ondersteunen! Maar ik moest eerst de taal leren, zeiden ze. Dus dat heb ik gedaan: eerst niveau A1, A2, en toen B1. Nu ben ik bezig met het voorbereiden van het nationaal examen op B2-niveau. Ze vroegen me welke studie ik wilde doen. Ik wilde internationaal recht studeren. Over internationale organisaties, regionale systemen om mensenrechten te beschermen. Hoe de EU werkt, hoe de Wereldgezondheidsorganisatie werkt. Ze raadden mij onder andere de Erasmus Universiteit aan, en dat klonk voor mij het interessantst. Studenten op de EUR komen vanuit de hele wereld. Heel multicultureel. Daar profiteer je van. Tijdens de procedure hebben ze me overal bij geholpen. Ze gaven me advies. Uiteindelijk kreeg ik toegang tot de master. Het UAF betaalde alles: collegegeld, reiskosten en ook boeken. Alles, behalve eten, drinken en wonen.”
Wat vind je ervan dat het UAF dat doet?
“Ik vond dat echt fantastisch: mijn masterscriptie heb ik opgedragen aan UAF. Het heeft zoveel voor mij betekent. Zij gaven mij de kans om te gaan studeren. Dat heeft mij heel veel moed gegeven. Het gaf mij richting. Het was een van de weinige goede zaken die ik in mijn leven had. Ik maakte me heel veel zorgen dat ik het land uitgezet werd, maar door mijn studie kon ik me ergens op concentreren.”
‘Er is een kinderpardon, het is een democratisch land. Er is een wet. En ik geloof dat er uiteindelijk recht gesproken wordt. Daar houd ik me aan vast’
Hoe was het om te studeren aan de Erasmus Universiteit, met toch vooral veel jongere studenten, met hele andere levens, hele andere achtergronden?
“Ik ben zelf 41, maar in mijn studie waren zelfs nog een paar iets oudere studenten! Twee of drie ongeveer. De meesten waren inderdaad 25 jaar ofzo. Maar wat ik heel erg kon waarderen, we waren eigenlijk allemaal hetzelfde. Even ‘oud’, niet letterlijk natuurlijk, maar wel gelijkwaardig. Mijn master was heel internationaal. We kwamen allemaal ergens anders vandaan: we leerden de cultuur van elkaar. Mensen uit Georgië, Polen, Duitsland, Oostenrijk, Ethiopië, Ierland. het was echt heel anders. Dan vroegen ze me: wat is het nieuws uit Congo? Dat ging over en weer. Leeftijd speelde geen rol.”
Heb je er vrienden aan over gehouden?
“Ja, ik heb daar veel vrienden gemaakt. We werkten altijd in groepjes: samen huiswerk maken, presentaties. We waren altijd samen. Nu de studie voorbij is hebben we nog veel contact, vooral via Whatsapp. Ik heb dankzij mijn studie een netwerk gekregen! We geven elkaar tips, kletsen gewoon wat. Soms geven we bijvoorbeeld vacatures door. En als iemand bijvoorbeeld naar Afrika op vakantie gaat, dan vragen ze mij wel eens om tips. En ik weet zeker: als ik naar het land van een van de andere studenten ga, dan zal hij mij daar ontvangen.”
Wat als je toch geen visum krijgt? Denk je daar over na?
(Zwijgt) “Ja, daar denk ik wel over na. Dat is heel moeilijk, maar ik heb vertrouwen. Ik ga er vanuit dat de rechtsstaat in Nederland niet alleen op papier bestaat. Nederland is een land dat de mensenrechten respecteert. Er is een kinderpardon, het is een democratisch land. Er is een wet. En ik geloof dat er uiteindelijk recht gesproken wordt. Daar houd ik me aan vast. Wat ik niet begrijp, is dit. Ik heb nu een baan, maar ik begrijp niet waarom ik zo lang op een werkvergunning moet wachten.
Wij hebben als gezin bescherming nodig in dit land, we kunnen niet terug naar Congo. Maar ik wil niet op kosten van anderen leven. Ik wil graag gewoon graag belasting betalen in dit land als andere mensen die in dit land werken! De enige barrière is dat ik geen vergunning heb om te werken.”